Vertaling van "ländlichen raum tätigkeiten " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Europäisches Zentrum zur Förderung der Ausbildung in der Landwirtschaft und im ländlichen Raum | Europäisches Zentrum zur Förderung der Ausbildung und Fortbildung in der Landwirtschaft und im ländlichen Raum
Europees Centrum voor de bevordering van de vorming in de landbouw en op het platteland

Ausschuss für Agrarstruktur und Entwicklung des ländlichen Raumes | Ausschuss für Agrarstrukturen und ländliche Entwicklung | Ausschuss für landwirtschaftliche Strukturen und Entwicklung des ländlichen Raums | STAR [Abbr.]
Comité Landbouwstructuur en Plattelandsontwikkeling | Comité voor de landbouwstructuur en de plattelandsontwikkeling | Comité voor landbouwstructuren en plattelandsontwikkeling | Permanent Comité voor landbouwstructuur en plattelandsontwikkeling | STAR [Abbr.]

Agrarrelais Förderung des ländlichen Raums | Forum für den ländlichen Raum | RIPC [Abbr.]
Carrefour - informatiecentrum voor het platteland | plattelandssymposium | symposium voor informatie en activering van het platteland | RIPC [Abbr.]

Europäischer Landwirtschaftsfonds für die Entwicklung des ländlichen Raums
Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling

ELER [ Europäischer Landwirtschaftsfonds für die Entwicklung des ländlichen Raums ]
Elfpo [ Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Zuschüsse an natürliche Personen, an öffentliche oder Privateinrichtungen für Aktionen, Initiativen oder Tätigkeiten in Sachen Sensibilisierung zum ländlichen Leben oder Kenntnis des ländlichen Lebens, oder in Sachen ländliche Entwicklung und Bewirtschaftung des ländlichen Raums.
Subsidies aan natuurlijke personen, privé of publieke instellingen voor acties ter bevordering, herwaardering, bewustmaking of voorlichting over plattelandsontwikkeling, ruilverkaveling of beheer van de landelijke ruimte.

Zuschüsse an natürliche Personen und an öffentliche oder Privateinrichtungen für Tätigkeiten zur Förderung, Erschließung, Sensibilisierung oder Information in Sachen ländliche Entwicklung, Flurbereinigung und Bewirtschaftung des ländlichen Raums.
Subsidies aan natuurlijke personen, privé of publieke instellingen voor verrichtingen ter bevordering, herwaardering, bewustmaking of voorlichting over plattelandsontwikkeling, ruilverkaveling of beheer van de landelijke ruimte.

a)Tätigkeiten, die zur Bewertung des Beitrags der einzelnen Prioritäten der Union für die Entwicklung des ländlichen Raums gemäß Artikel 5 der Verordnung (EU) Nr. 1305/2013 zu den Zielen der Entwicklung des ländlichen Raums gemäß Artikel 4 derselben Verordnung erforderlich sind, sowie die Bewertung von Ergebnis- und Wirkungsindikatorwerten, die Analyse von Nettoeffekten, thematische Fragen, einschließlich Teilprogramme, Querschnittsfragen, das nationale Netz für den ländlichen Raum, der Beitrag von CLLD-Strategien.
a)activiteiten die nodig zijn voor de evaluatie van de bijdrage van elke POP-prioriteit van de Unie als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 1305/2013 aan de in artikel 4 van die verordening vastgestelde plattelandsontwikkelingsdoelstellingen, de beoordeling van de resultaat- en impactindicatorwaarden, de analyse van de netto-effecten, thematische vraagstukken, met inbegrip van subprogramma’s, horizontale kwesties, nationale netwerken voor het platteland, bijdrage van de GGLO-strategieën.

Tätigkeiten, die zur Bewertung des Beitrags der einzelnen Prioritäten der Union für die Entwicklung des ländlichen Raums gemäß Artikel 5 der Verordnung (EU) Nr. 1305/2013 zu den Zielen der Entwicklung des ländlichen Raums gemäß Artikel 4 derselben Verordnung erforderlich sind, sowie die Bewertung von Ergebnis- und Wirkungsindikatorwerten, die Analyse von Nettoeffekten, thematische Fragen, einschließlich Teilprogramme, Querschnittsfragen, das nationale Netz für den ländlichen Raum, der Beitrag von CLLD-Strategien.
activiteiten die nodig zijn voor de evaluatie van de bijdrage van elke POP-prioriteit van de Unie als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 1305/2013 aan de in artikel 4 van die verordening vastgestelde plattelandsontwikkelingsdoelstellingen, de beoordeling van de resultaat- en impactindicatorwaarden, de analyse van de netto-effecten, thematische vraagstukken, met inbegrip van subprogramma’s, horizontale kwesties, nationale netwerken voor het platteland, bijdrage van de GGLO-strategieën.

6. betont, dass durch den Tourismus im ländlichen Raum und den Agrotourismus ein wesentlicher Beitrag zur Verbesserung der Lebensqualität im ländlichen Raum und zur Diversifizierung der Wirtschaft im ländlichen Raum sowie zur Herstellung des territorialen Gleichgewichts geleistet wird, weil dadurch insbesondere für Jugendliche und Frauen neue Beschäftigungsmöglichkeiten – zusätzlich zu den traditionellen Tätigkeiten im Primärsektor – geschaffen werden, die, wie im Fall des Agrotourismus, diese Tätigkeiten mitunter sogar stärken und auf diese Weise der Entvölkerung des ländlichen Raums durch die Schaffung von Arbeitsplätzen entgegenwirken; stellt fest, dass sie darüber hinaus zur Bewahrung und zur Kenntnis der kulturellen Identität und der traditionellen Bräuche sowie traditioneller Lebensmittel beitragen; fordert außerdem, dass größeres Augenmerk auf die Qualität der Beschäftigung in diesem Sektor gelegt wird;
6. beklemtoont dat het plattelands- en agrotoerisme een wezenlijke bijdrage levert tot de verbetering van de levensomstandigheden op het platteland, de diversifiëring van de plattelandseconomie en het territoriaal evenwicht, daar het nieuwe kansen schept, met name voor jongeren en vrouwen omdat deze werkzaamheden volstrekt aansluiten bij de werkzaamheden die in de primaire sector van oudsher worden beoefend, en die deze soms, zoals in het geval van agrotoerisme, zelfs versterken en aldus bijdragen tot het tegengaan van de ontvolking van het platteland door de schepping van werkgelegenheid; voorts dat het eveneens bijdraagt tot het behoud van en kennis over de culturele identiteit en de traditionele leefwijze en van traditionele voedingsproducten; dringt er bovendien op aan dat er meer nadruk wordt gelegd op de kwaliteit van de banen in de sector;

30. fordert, dass die beruflichen Qualifikationen, die Frauen für Tätigkeiten innerhalb und außerhalb des Agrarsektors erworben haben, in Strategien für die betriebliche und regionale Entwicklung stärker berücksichtigt werden; hält die Qualifizierung und Schulung von Landwirtinnen und anderen im ländlichen Raum tätigen Frauen als Produzentinnen und Unternehmerinnen für besonders wichtig, und fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, in Zusammenarbeit mit regionalen und kommunalen Stellen sowie Landwirtschafts-, Frauen- und Bauernverbänden Anreize für die Beteiligung von Frauen am Erwerbsleben zu fördern, die Diskriminierung von Frauen am Arbeitsplatz zu beseitigen, das Schulungsangebot für Frauen zu verbessern, auch durch die Erweiterung des Zugangs zu Aufbaustudien und Spezialisierungskursen an Bildungseinrichtungen, entsprechende Maßnahmen zur ländlichen Entwicklung im Schwerpunkt 3 der Programme zur ländlichen Entwicklung vorzulegen und bestehende Initiativen zu unterstützen; weist darauf hin, dass durch diese Maßnahmen dazu beigetragen wird, die soziale Ausgrenzung im ländlichen Raum zu bekämpfen, und dass die Gefahr der Verarmung bei Frauen größer ist als bei Männern;
30. dringt erop aan bij ontwikkelingsstrategieën ten behoeve van afzonderlijke bedrijven of regio's in grotere mate rekening te houden met de agrarische en niet-agrarische beroepsbekwaamheid van vrouwen; onderstreept de betekenis van opleiding en scholing van vrouwelijke landbouwers en plattelandsvrouwen als producenten en ondernemers, en roept de Commissie en de lidstaten ertoe op om, in overleg met de regionale en plaatselijke overheden, rurale verenigingen en verenigingen van vrouwen en landbouwers, te zorgen voor stimuli om de arbeidsparticipatie van vrouwen te bevorderen, elke vorm van discriminatie van vrouwen op het werk uit de wereld te helpen en de beroepsopleiding van vrouwen te verbeteren, onder meer door de toegang van vrouwen tot „postgraduate” opleidingsprogramma's en specialisatiecursussen in onderwijsinstellingen te verbeteren, overeenstemmende maatregelen voor plattelandsontwikkeling voor te stellen in het kader van „As 3” van de plattelandsontwikkelingsprogramma's, en de bestaande initiatieven aan te zwengelen; wijst erop dat deze maatregelen zullen bijdragen tot de bestrijding van de sociale uitsluiting in plattelandsgebieden en dat vrouwen een groter risico lopen in de armoede terecht te komen;

30. fordert, dass die beruflichen Qualifikationen, die Frauen für Tätigkeiten innerhalb und außerhalb des Agrarsektors erworben haben, in Strategien für die betriebliche und regionale Entwicklung stärker berücksichtigt werden; hält die Qualifizierung und Schulung von Landwirtinnen und anderen im ländlichen Raum tätigen Frauen als Produzentinnen und Unternehmerinnen für besonders wichtig, und fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, in Zusammenarbeit mit regionalen und kommunalen Stellen sowie Landwirtschafts-, Frauen- und Bauernverbänden Anreize für die Beteiligung von Frauen am Erwerbsleben zu fördern, die Diskriminierung von Frauen am Arbeitsplatz zu beseitigen, das Schulungsangebot für Frauen zu verbessern, auch durch die Erweiterung des Zugangs zu Aufbaustudien und Spezialisierungskursen an Bildungseinrichtungen, entsprechende Maßnahmen zur ländlichen Entwicklung im Schwerpunkt 3 der Programme zur ländlichen Entwicklung vorzulegen und bestehende Initiativen zu unterstützen; weist darauf hin, dass durch diese Maßnahmen dazu beigetragen wird, die soziale Ausgrenzung im ländlichen Raum zu bekämpfen, und dass die Gefahr der Verarmung bei Frauen größer ist als bei Männern;
30. dringt erop aan bij ontwikkelingsstrategieën ten behoeve van afzonderlijke bedrijven of regio's in grotere mate rekening te houden met de agrarische en niet-agrarische beroepsbekwaamheid van vrouwen; onderstreept de betekenis van opleiding en scholing van vrouwelijke landbouwers en plattelandsvrouwen als producenten en ondernemers, en roept de Commissie en de lidstaten ertoe op om, in overleg met de regionale en plaatselijke overheden, rurale verenigingen en verenigingen van vrouwen en landbouwers, te zorgen voor stimuli om de arbeidsparticipatie van vrouwen te bevorderen, elke vorm van discriminatie van vrouwen op het werk uit de wereld te helpen en de beroepsopleiding van vrouwen te verbeteren, onder meer door de toegang van vrouwen tot "postgraduate" opleidingsprogramma's en specialisatiecursussen in onderwijsinstellingen te verbeteren, overeenstemmende maatregelen voor plattelandsontwikkeling voor te stellen in het kader van "As 3" van de plattelandsontwikkelingsprogramma's, en de bestaande initiatieven aan te zwengelen; wijst erop dat deze maatregelen zullen bijdragen tot de bestrijding van de sociale uitsluiting in plattelandsgebieden en dat vrouwen een groter risico lopen in de armoede terecht te komen;

Diese neuen Mittel sollten für Tätigkeiten bereitgestellt werden, die im Europäischen Konjunkturprogramm mit Mitteln aus dem Europäischen Landwirtschaftsfonds für die Entwicklung des ländlichen Raums (ELER) finanziert werden.
Deze bijkomende kredieten moeten beschikbaar worden gesteld voor maatregelen in het kader van het Europees economisch herstelplan die uit het ELFPO worden gefinancierd.

L. in der Erwägung, dass die im Rahmen des EFRE verfügbaren Mittel angesichts bestehender Haushaltskürzungen in hohem Maße genutzt werden, um die wirtschaftliche Wettbewerbsfähigkeit in größeren Stadtzentren oder in den Regionen mit der größten Dynamik zu erhöhen, während die Mittel des ELER vor allem zur Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit der Landwirtschaft – die nach wie vor der wichtigste Motor des ländlichen Raums ist – eingesetzt werden, aber auch zur Förderung nichtlandwirtschaftlicher Tätigkeiten und zur Entwicklung von KMU im ländlichen Raum, mit dem Ergebnis, dass eine bessere Koordinierung notwendig ist, um zu verhindern, dass bestimmte Bereiche nicht abgedeckt werden,
L. overwegende dat, gezien de budgettaire beperkingen, het risico bestaat dat de vanuit het EFRO beschikbare middelen grotendeels gebruikt zullen worden om het concurrentievermogen in de grotere stedelijke centra of de meest dynamische regio's te bevorderen, terwijl de financiering vanuit het ELFPO gericht zal zijn op het verbeteren van het concurrentievermogen in de landbouw − die de belangrijkste motor van de plattelandsgebieden blijft − en tevens voorziet in de ondersteuning van niet-agrarische activiteiten en de ontwikkeling van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's) in plattelandsgebieden, zodat meer coördinatie nodig is om te voorkomen dat bepaalde terreinen uit de boot vallen,

(2) Auf Initiative der Mitgliedstaaten kann der ELER bei jedem Entwicklungsprogramm für den ländlichen Raum Tätigkeiten der Vorbereitung, Verwaltung, Begleitung, Bewertung, Information und Kontrolle der im Rahmen des Programms geleisteten Hilfe finanzieren.
2. Op initiatief van de lidstaten kan het ELFPO in het kader van elk programma voor plattelandsontwikkeling acties financieren op het gebied van voorbereiding, beheer, toezicht, evaluatie, voorlichting en controle met betrekking tot de op grond van het programma verleende bijstand.