1. - Artikel 35 Absatz 4 des Gesetzes vom 27. Juni 1969 zur Revision des Gesetzeserlasses vom 28. Dezember 1944 über die soziale Sicherheit der Arbeitnehmer, dahinge
hend interpretiert, dass er dem entgegensteht, dass der Strafrichter den Be
trag der dem LSS zu leistenden Vergütung unterhalb des Dreifachen der hinterzogenen Beiträge, ohne dass dieser Betrag sich auf weniger als 51.000 Franken pro Beschäftigten, und zwar pro Monat oder Teil eines Monats, belaufen darf, wegen ordnungsgemäss begründeter strafmildernder Umstände herabsetzen
...[+++] kann oder für die Gesamtheit oder einen Teil dieser von Amts wegen verhängten Verurteilung Aufschub gewähren oder jede andere Massnahme im Sinne des Gesetzes vom 29. Juni 1964 über die Aussetzung, den Aufschub und die Bewährung ergreifen kann, verstösst gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung.1. - Artikel 35, vierde lid, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, in de interpr
etatie dat het zich ertegen verzet dat de strafrechter het bedrag van de aan de R.S.Z. verschuldigde vergoeding kan verminderen tot onder het drievoud van de ontdoken bijdragen zonder dat ze minder dan 51.000 frank per tewerkgestelde persoon en dit per maand of fractie ervan mag bedragen, om reden van behoorlijk gemotiveerde verzachtende omstandigheden, of dat die rechter uitstel kan verlenen voor het geheel of een gedeelte van die ambtshalve veroordeling of e
...[+++]lke andere maatregel bedoeld in de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.