32. fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, einen einheitlichen europäischen Rahmen vorzulegen, der - bei nachweislicher Befähigung des Kapitäns - die Möglichkeit einer Befreiung des Kurzstreckenseeverkehrs von den Lotsendiensten vorsieht, und fordert die zuständigen Stellen der Mitgliedstaaten und die Häfen auf, ihn angepaßt an ihre jeweiligen Bedingungen zügig umzusetzen;
32. verzoekt de Commissie en de lidstaten een uniform kader te presenteren de korte vaart vrij te stellen van het gebruik van loodsdiensten na bewezen ervaring van de loods en roept de bevoegde instanties in de lidstaten en de havens op dit kader op aan hun omstandigheden aangepaste wijze toe te passen;