(2) Besitzer von Lagerbeständen von über 50 kg, die aus in Anhang I oder II aufgelisteten Stoffen bestehen oder solche Stoffe enthalten und deren Verwendungszweck zugelassen ist, unterrichten die zuständige Behörde des Mitgliedstaats, in dem die Lagerbestände vorhanden sind, über Beschaffenheit und Größe dieser Bestände.
2. De houder van een voorraad die groter is dan 50 kg en geheel of gedeeltelijk uit een in bijlage I of II vermelde stof bestaat en waarvoor het gebruik is toegestaan, verstrekt de bevoegde instantie van de lidstaat waarin de voorraad zich bevindt, inlichtingen over de aard en de omvang van de voorraad.