1. Jeder Mitgliedstaat benennt für jedes betroffene Küstengebiet und jede betroffene Meeresregion bzw. -unterregion die Behörde(n), die für die Umsetzung dieser Richtlinie, einschließlich der Sicherstellung der Zusammenarbeit mit anderen Mitgliedstaaten gemäß Artikel 12 und der Zusammenarbeit mit Drittländern gemäß Artikel 13, zuständig ist bzw. sind.
1. Elke lidstaat wijst voor elk betrokken kustgebied en voor elke betrokken mariene regio of subregio de instantie of instanties aan die bevoegd is of zijn voor de uitvoering van deze richtlijn, met inbegrip van het verzorgen van de samenwerking met andere lidstaten als omschreven in artikel 12 en de samenwerking met derde landen als omschreven in artikel 13.