7. betont, dass die Kluft zwischen den als „exzellent“ eingestuften Einrichtun
gen und den anderen verringert werden muss, sodass Wissenschaft und Forschung auch auf der Ebene derjenigen Institutionen gefördert werden, die zwar nicht als „exze
llent“ gelten, sich aber auf dem Weg dahin befinden oder diesen Weg in Zusammenarbeit mit anderen, bereits als „exzellent“ geltenden Einrichtungen eingeschlagen haben; vertritt die Auffassung,
...[+++] dass es eine ausgewogenere Verteilung der Mittel des Programms Horizont 2020 auf die Mitgliedstaaten anzustreben gilt, um gegenüber den früheren Forschungsrahmenprogrammen eine Verbesserung zu erreichen; 7. benadrukt dat het belangrijk is de kloof te dichten tussen entiteiten die als excellent worden beschouwd en entiteiten die deze status niet bezitten, teneinde te waarborgen dat ook wetenschap en onderzoek gesteund wordt in instituten die weliswaar niet als excellent worden beschouwd, maar daar wel aan werken, of dat niveau kunnen bereiken door middel van samenwerking met andere instituten
van topkwaliteit; dringt erop aan in het kader van Horizon 2020 te blijven streven naar een evenwichtiger verdeling van de kredieten, teneinde de huidige situatie, die is ontst
aan tijdens eerdere kader ...[+++]programma's voor onderzoek, verder te verbeteren;