(2) Werden von einem teilnehmenden Mitgliedstaat keine Maßnahmen durchgeführt oder erweisen sie sich nach Auffassung des Rates als unangemessen, so trifft der Rat unverzüglich einen Beschluß nach Artikel 104 c Absatz 9 bzw. Artikel 104 c Absatz 11.
2. Indien de maatregelen niet door een deelnemende lidstaat ten uitvoer worden gelegd of naar het oordeel van de Raad ontoereikend zijn, neemt de Raad onmiddellijk een besluit op grond van artikel 104 C, lid 9, respectievelijk artikel 104 C, lid 11.