11. hält es aus Gründen der Billigkeit und der Kohärenz für erforderlich, dass sich der Globalisierungsprozess nicht nahezu ausschließlich auf den freien Güter-, Dienstleistungs- und Kapitalverkehr beschränkt, sondern mit der gebotenen Vorsicht auch eine zunehmend symmetrische und günstigere Behandlung des Verkehrs von Personen und Arbeitskräften mit den damit verbundenen Menschenrechten umfassen sollte;
11. is van mening dat het mundialiseringsproces om redenen van billijkheid en coherentie niet beperkt mag blijven tot vrijheid van goederen-, diensten- en kapitaalverkeer, maar dat het ook, met inachtneming van de noodzakelijke voorzichtigheid, een meer symmetrische en gunstige behandeling moet omvatten van de bewegingen van personen en arbeidsdiensten met de bijbehorende mensenrechten;