Traduction de «kann stellt jedoch » (Allemand → Néerlandais) :

Der Hof stellt jedoch fest, dass Artikel 75 des GSWW anders ausgelegt werden kann als auf die in B.7 angeführte Weise.
Het Hof stelt echter vast dat artikel 75 van de WBEM anders kan worden geïnterpreteerd dan in B.7.

15. begrüßt weitere gute Fortschritte beim Erlass von Gesetzen zur Korruptionsbekämpfung, insbesondere das neue Gesetz über das öffentliche Beschaffungswesen, das Gesetz über die Parteienfinanzierung und die Änderungen der gesetzlichen Regelung von Interessenkonflikten; stellt jedoch fest, dass das neue Gesetz über das öffentliche Beschaffungswesen restriktiver sein kann als die früheren gesetzlichen Bestimmungen und deshalb von der Berichterstattung über Fälle von Korruption abhalten könnte; ist besorgt über die starke Rolle der Vertreter der Parteien in der Kommission für die Vorbeugung von Interessenkonflikten, die für die Umsetzung der jüngsten Änderungen am Gesetz über Interessenkonflikte verantwortlich ist; ist der Auffassung, dass der derzeit vorliegende Gesetzentwurf über den freien Zugang zu Informationen auf eine Beschränkung des Zugangs zu Information hinauslaufen und damit die Fähigkeit von Organisationen der Zivilgesellschaft und der Medien, Fälle von Korruption aufzudecken, einschränken kann; stellt jedoch fest, dass die Korruption in vielen Bereichen immer noch weit verbreitet ist und weiterhin ein Problem darstellt, das besonderen Anlass zur Sorge gibt und auch beträchtliche Kosten für die öffentlichen Finanzen verursachen kann;
15. is voorts verheugd over de goede vooruitgang die is geboekt bij de vaststelling van anti-corruptiewetgeving, met name de nieuwe wet inzake overheidsaanschaffingen, de wet inzake de financiering van politieke partijen en de wijzigingen van de wet inzake botsende belangen; stelt echter vast dat de nieuwe wet inzake overheidsaanbestedingen restrictiever kan zijn dan eerdere wetgeving en dat zij het rapporteren van corruptie bijgevolg zou kunnen ontmoedigen; maakt zich zorgen over de grote rol van vertegenwoordigers van politieke partijen in de Commissie ter voorkoming van belangenconflicten die belast is met de uitvoering van de nieuwe wijzigingen op de wet inzake belangenconflicten; is van mening dat het huidige wetsontwerp over vrije toegang tot informatie de toegang tot informatie kan beperken en het vermogen van organisaties uit het maatschappelijk middenveld en van de media om gevallen van corruptie aan het licht te brengen, zodoende kan inperken; stelt vast dat corruptie op heel wat vlakken nog steeds wijd verspreid is en dat deze problematiek een punt van bijzondere bezorgdheid blijft, mogelijk met aanzienlijke negatieve gevolgen voor de overheidsfinanciën;

10. stellt fest, dass Island eine im Allgemeinen zufriedenstellende Bilanz in Bezug auf die Umsetzung seiner sich aus dem EWR ergebenden Verpflichtungen und seine Fähigkeit, dem Wettbewerbsdruck und den Marktkräften innerhalb der EU standzuhalten, vorweisen kann; stellt jedoch auch fest, dass weitere Anstrengungen im Hinblick auf die Angleichung an die allgemeinen Grundsätze und die Gewährleistung der uneingeschränkten Übernahme des Besitzstands in den Bereichen Konformitätsbewertung, Zulassung und Marktüberwachung notwendig sind; nimmt das Aufforderungsschreiben der EÜB an die Regierung Islands vom 26. Mai 2010 – der erste Schritt in einem Vertragsverletzungsverfahren gegen Island wegen Nichteinhaltung seiner sich aus dem EWR-Abkommen ergebenden Verpflichtung zur Umsetzung der Richtlinie über Einlagensicherungssysteme (94/19/EG) – zur Kenntnis und begrüßt die Bereitschaft der isländischen Regierung, die Verhandlungen über Icesave so schnell wie möglich abzuschließen;
10. stelt vast dat IJsland in het algemeen een bevredigende staat van dienst heeft voor wat betreft de tenuitvoerlegging van zijn EER-verplichtingen en zijn vermogen weerstand te bieden aan concurrentiedruk en marktkrachten in de EU; constateert echter dat verdere inspanningen nodig zijn om zich aan de algemene beginselen aan te passen en te zorgen voor een volledige tenuitvoerlegging van de Europese regelgeving op de terreinen conformiteitsbeoordeling, accreditatie en markttoezicht; neemt kennis van de aanmaningsbrief van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (ESA) d.d. 26 mei 2010 aan de IJslandse regering, waarmee de eerste stap wordt gezet in een inbreukprocedure wegens niet-naleving van de verplichting uit hoofde van de EER-overeenkomst tot uitvoering van de EU-richtlijn inzake garantiestelsels voor bankdeposito's (94/19/EG), en spreekt zijn waardering uit voor de door de IJslandse regering getoonde bereidheid de Icesave-onderhandelingen zo spoedig mogelijk af te ronden;

10. stellt fest, dass Island eine im Allgemeinen zufriedenstellende Bilanz in Bezug auf die Umsetzung seiner sich aus dem EWR ergebenden Verpflichtungen und seine Fähigkeit, dem Wettbewerbsdruck und den Marktkräften innerhalb der EU standzuhalten, vorweisen kann; stellt jedoch auch fest, dass weitere Anstrengungen im Hinblick auf die Angleichung an die allgemeinen Grundsätze und die Gewährleistung der uneingeschränkten Übernahme des Besitzstands in den Bereichen Konformitätsbewertung, Zulassung und Marktüberwachung notwendig sind; nimmt das Aufforderungsschreiben der EÜB an die Regierung Islands vom 26. Mai 2010 – der erste Schritt in einem Vertragsverletzungsverfahren gegen Island wegen Nichteinhaltung seiner sich aus dem EWR-Abkommen ergebenden Verpflichtung zur Umsetzung der Richtlinie über Einlagensicherungssysteme (94/19/EG) – zur Kenntnis und begrüßt die Bereitschaft der isländischen Regierung, die Verhandlungen über Icesave so schnell wie möglich abzuschließen;
10. stelt vast dat IJsland in het algemeen een bevredigende staat van dienst heeft voor wat betreft de tenuitvoerlegging van zijn EER-verplichtingen en zijn vermogen weerstand te bieden aan concurrentiedruk en marktkrachten in de EU; constateert echter dat verdere inspanningen nodig zijn om zich aan de algemene beginselen aan te passen en te zorgen voor een volledige tenuitvoerlegging van de Europese regelgeving op de terreinen conformiteitsbeoordeling, accreditatie en markttoezicht; neemt kennis van de aanmaningsbrief van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA (ESA) d.d. 26 mei 2010 aan de IJslandse regering, waarmee de eerste stap wordt gezet in een inbreukprocedure wegens niet-naleving van de verplichting uit hoofde van de EER-overeenkomst tot uitvoering van de EU-richtlijn inzake garantiestelsels voor bankdeposito’s (94/19/EG), en spreekt zijn waardering uit voor de door de IJslandse regering getoonde bereidheid de Icesave-onderhandelingen zo spoedig mogelijk af te ronden;

Der Hof stellt jedoch fest, dass Artikel 39 § 1 des Gesetzes über die Arbeitsverträge auch so ausgelegt werden kann, dass ein Arbeitnehmer, der mit Zustimmung des Vertrauensarztes seiner Krankenkasse seine Arbeitsleistungen teilweise wieder aufnimmt, bei Entlassung durch den Arbeitgeber Anspruch auf eine ausgleichende Entlassungsentschädigung hat, deren Betrag auf der Grundlage der Entlohnung für Vollzeitarbeitsleistungen, auf die er zum Zeitpunkt der Entlassung Anspruch hatte, berechnet wird.
Het Hof stelt evenwel vast dat artikel 39, § 1, van de Arbeidsovereenkomstenwet ook in die zin kan worden geïnterpreteerd dat de werknemer die met toestemming van de adviserend geneesheer van zijn ziekenfonds zijn arbeidsprestaties deeltijds hervat, bij ontslag door de werkgever recht heeft op een compensatoire opzeggingsvergoeding waarvan het bedrag wordt bepaald op grond van het loon voor volledige arbeidsprestaties, waarop hij op het ogenblik van de opzegging recht had.

Der Hof stellt jedoch fest, dass Artikel 180 Absatz 3 des Gemeindegesetzes vom 30. März 1836 anders ausgelegt werden kann, so dass er mit den obenerwähnten Verfassungsbestimmungen vereinbar würde.
Het Hof stelt echter vast dat aan artikel 180, derde lid, van de gemeentewet van 30 maart 1836 een andere interpretatie kan worden gegeven, die het bestaanbaar zou maken met de voormelde grondwetsbepalingen.

Der Hof stellt jedoch fest, dass das Gesetz vom 29. Juli 1991 anders ausgelegt werden kann, so dass es mit den obengenannten Verfassungsbestimmungen vereinbar wäre.
Het Hof stelt echter vast dat de wet van 29 juli 1991 een andere interpretatie kan krijgen, die haar met de voormelde grondwetsbepalingen bestaanbaar maakt.