(3) Die darauf folgende Verbringung der in Absatz 1 dieses Artikels genannten Heimtiere in einen anderen Mitgliedstaat zu anderen als Handelszwecken ist jedoch verboten, es sei denn, sie erfolgt unter den Bedingungen des Artikels 6 oder ihre Verbringung wurde gemäß Artikel 7 genehmigt und der Bestimmungsmitgliedstaat hat die Verbringungen aus Gebieten oder Drittländern in sein Hoheitsgebiet gemäß Absatz 1 dieses Artikels ebenfalls genehmigt.
3. Het daaropvolgend niet-commerciële verkeer naar een andere lidstaat van de in lid 1 van dit artikel bedoelde gezelschapsdieren is verboden, behalve wanneer dit verkeer plaatsvindt overeenkomstig de in artikel 6 vastgestelde voorwaarden of toegestaan is overeenkomstig artikel 7 en ook de lidstaat van bestemming overeenkomstig lid 1 van dit artikel met het verkeer naar zijn grondgebied vanuit gebieden of derde landen heeft ingestemd.