25. fordert die Mitgliedstaaten auf, die Weiterentwicklung des dreiseitigen Dialogs zwischen den staatlichen Behörden, den Arbeitgebern und den Gewerkschaftsorganisationen auch weiterhin zu unterstützen, damit den Besonderheiten der sozialen Realitäten und den neuen Anforderungen, die sich im Rahmen der Arbeitsbeziehungen ergeben, Rechnung getragen und ein Gleichgewicht zwischen den Verantwortlichkeiten und Interessen jeder Partei hergestellt werden kann;
25. verzoekt de lidstaten de ontwikkeling van de tripartiete dialoog tussen overheid, werkgevers en vakbonden te blijven steunen, teneinde de specifieke kenmerken van de sociale realiteiten en de nieuwe behoeften die in het kader van de arbeidsverhoudingen ontstaan in aanmerking te nemen en een evenwicht te vinden tussen de verantwoordelijkheden en belangen van elk van de partijen;
