3. Die Mitgliedstaaten sorgen dafür, dass die dieser Richtlinie unterliegenden Institute und Personen jeder Gefahr der Geldwäsche und der Terrorismusfinanzierung aus Produkten oder Transaktionen, die die Anonymität begünstigen könnten, besondere Aufmerksamkeit widmen und erforderlichenfalls Maßnahmen ergreifen, um ihrer Nutzung für Geldwäscheoperationen oder Operationen der Terrorismusfinanzierung vorzubeugen.
3. De lidstaten zien erop toe dat de onder deze richtlijn vallende instellingen en personen speciaal letten op elke dreiging van witwassen of terrorismefinanciering die kan uitgaan van producten of transacties die anonimiteit in de hand kunnen werken, en indien nodig maatregelen nemen om te voorkomen dat van deze producten of transacties gebruik wordt gemaakt in het kader van witwas- of terrorismefinancieringsconstructies.