(3) Erfuellt ein Arbeitsloser die in den Rechtsvorschriften des Mitgliedstaats, der die Leistungen bei Arbeitslosigkeit zu tragen hat, für den Anspruch auf Sachleistungen geforderten Voraussetzungzn - gegebenenfalls unter Berücksichtigung von Artikel 18 -, so erhalten seine Familienangehörigen in jedem Mitgliedstaat, in dessen Gebiet sie wohnen oder sich aufhalten, diese Sachleistungen.
3. Wanneer een werkloze voldoet aan de voorwaarden voor het recht op verstrekkingen van de wettelijke regeling van de Lid-Staat ten laste waarvan de werkloosheidsuitkeringen komen, hebben zijn gezinsleden, eventueel met inachtneming van artikel 18, recht op verstrekkingen, ongeacht op het grondgebied van welke Lid-Staat zij wonen of verblijven.