Vertaling van "januar 1966 erteilten " (Duits → Nederlands) :

1° die vor dem 1. Januar 1966 erteilten Parzellierungsgenehmigungen, die sich auf entlang einer vorhandenen, ausreichend ausgerüsteten Straße gelegene Parzellierungen beziehen, falls der Verkauf von wenigstens einer der Parzellen nicht vor dem 1. Oktober 1970 einer Registrierungsformalität unterworfen wurde;
1° de voor 1 januari 1966 afgegeven vergunningen voor verkavelingen, uit te voeren langs een bestaande voldoende uitgeruste weg, wanneer de verkoop van minstens één van de percelen niet voor 1 oktober 1970 aan de registratieformaliteit is onderworpen;

2° die vor dem 1. Januar 1966 erteilten Parzellierungsgenehmigungen, die sich auf entlang einer vorhandenen, ausreichend ausgerüsteten Straße gelegene Parzellierungen beziehen, falls der Verkauf oder die Vermietung für über neun Jahre von mindestens einem Drittel der Parzellen nicht innerhalb einer Frist von fünf Jahren ab dem Genehmigungsdatum einer Registrierungsformalität unterworfen wurde.
2° de met ingang van 1 januari 1966 afgegeven vergunningen voor verkavelingen, uit te voeren langs een bestaande, voldoende uitgeruste weg, wanneer de verkoop of de verhuring voor meer dan negen jaar, van minstens een derde van de percelen niet binnen vijf jaar, te rekenen vanaf de datum der vergunning, aan de registratieformaliteit is onderworpen.

Nach Darlegung der Kläger im Ausgangsverfahren sei in jedem Fall die später durch das Gesetz vom 22. Dezember 1970 vorgeschriebene Bedingung erfüllt, dass zur Verhinderung des Verfalls der vor dem 1. Januar 1966 erteilten Genehmigungen « der Verkauf von mindestens einer der Parzellen [.] vor dem 1. Oktober 1970 der Registrierungsformalität unterzogen wurde ».
Volgens de eisers in het bodemgeschil zou hoe dan ook zijn voldaan aan de later door de wet van 22 december 1970 gestelde voorwaarde dat, om het verval van vóór 1 januari 1966 afgegeven vergunningen te stuiten, « de verkoop van minstens één van de percelen [.] vóór 1 oktober 1970 aan de registratieformaliteit is onderworpen ».

Zwar ging es in dem vorerwähnten Entscheid Nr. 117/2004 um den Vergleich zwischen der Ubergangsregelung für Parzellierungsbewilligungen und derjenigen für Parzellierungsgenehmigungen, doch dies verhindert nicht, dass die vorstehend erwähnte Begründung im vorliegenden Fall sinngemäss zutrifft, insbesondere insofern sie sich auf die ratio legis des vorerwähnten Artikels 74, auf dessen Anwendung in Bezug auf die ab dem 1. Januar 1966 erteilten Genehmigungen für « kleine Parzellierungen » und auf deren Vereinbarkeit mit dem Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung bezieht.
Weliswaar was in het voormelde arrest nr. 117/2004 de vergelijking aan de orde tussen de overgangsregeling voor verkavelingsakkoorden en die van verkavelingsvergunningen, doch zulks belet niet dat de hiervoor vermelde motieven te dezen naar analogie gelden, inzonderheid in zoverre zij betrekking hebben op de ratio legis van het voormelde artikel 74, op de toepassing ervan op vergunningen voor « kleine verkavelingen » verleend vanaf 1 januari 1966, en op de bestaanbaarheid ervan met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie.