Traduction de « plakatierungsverbot » (Allemand → Néerlandais) :

Ist das Plakatierungsverbot im Sinne von Artikel 200 des Gesetzbuches der verschiedenen Gebühren und Steuern, durch den die Regierung dazu ermächtigt wird, Plakate in den von ihr festgelegten Gebieten zu entfernen, nicht übermäßig im Verhältnis zum Ziel, das mit der Einführung dieses Verbots verfolgt wurde - das heißt die Schönheit der Gebäude, Denkmäler, Stätten und Landschaften zu bewahren -, indem dabei keine Stellungnahme einzuholen ist, nicht einmal diejenige der Verwaltung der Denkmäler und Landschaften, so dass das Verbot im Widerspruch zu Artikel 16 der Verfassung und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention steht, und ist dieses Verbot nicht willkürlich und steht es nicht im Widerspruch zu den Artikeln 10, 11 und 16 der Verfassung und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, indem es zu allgemein formuliert ist, keine Begrenzungen auferlegt werden und keine Garantien geboten werden?
Is het verbod op aanplakking zoals omschreven in artikel 200 van het Wetboek diverse rechten en taksen (WDRT) waarbij de regering gemachtigd wordt de aanplakking te verwijderen in de gebieden die zij bepaalt buitensporig ten aanzien van het doel waarvoor dit verbod werd ingesteld - namelijk om de schoonheid der gebouwen, monumenten, zichten en landschappen te vrijwaren - nu hierbij zelfs geen enkel advies dient te worden ingewonnen, ook niet dat van de Administratie Monumenten en Landschappen, zodat het verbod in strijd is met artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 EP EVRM en is dat verbod niet willekeurig en in strijd met de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet en artikel 1 EP EVRM omdat het te algemeen geformuleerd is, dat er geen limieten zijn opgelegd en er geen waarborgen voorzien zijn ?

Ist das Plakatierungsverbot im Sinne von Artikel 200 des Gesetzbuches der verschiedenen Gebühren und Steuern, durch den die Regierung dazu ermächtigt wird, Plakate in den von ihr festgelegten Gebieten zu entfernen, nicht übermässig im Verhältnis zum Ziel, das mit der Einführung dieses Verbots verfolgt wurde - das heisst die Schönheit der Gebäude, Denkmäler, Stätten und Landschaften zu bewahren -, indem dabei keine Stellungnahme einzuholen ist, nicht einmal diejenige der Verwaltung der Denkmäler und Landschaften, so dass das Verbot im Widerspruch zu Artikel 16 der Verfassung und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention steht, und ist dieses Verbot nicht willkürlich und steht es nicht im Widerspruch zu den Artikeln 10, 11 und 16 der Verfassung und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, indem es zu allgemein formuliert ist, keine Begrenzungen auferlegt werden und keine Garantien geboten werden?
Is het verbod op aanplakking zoals omschreven in artikel 200 van het Wetboek diverse rechten en taksen (WDRT) waarbij de regering gemachtigd wordt de aanplakking te verwijderen in de gebieden die zij bepaalt buitensporig ten aanzien van het doel waarvoor dit verbod werd ingesteld - namelijk om de schoonheid der gebouwen, monumenten, zichten en landschappen te vrijwaren - nu hierbij zelfs geen enkel advies dient te worden ingewonnen, ook niet dat van de Administratie Monumenten en Landschappen, zodat het verbod in strijd is met artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 EP EVRM en is dat verbod niet willekeurig en in strijd met de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet en artikel 1 EP EVRM omdat het te algemeen geformuleerd is, dat er geen limieten zijn opgelegd en er geen waarborgen voorzien zijn ?

8. Verstößt das Gesetz vom 22. April 2003 gegen die in Artikel 6 [ § 1] I Nr. 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 festgelegte Zuständigkeitsverteilung zwischen dem Föderalstaat und den Regionen, indem es die Befugnis in Bezug auf das Erstellen von Protokollen regelt, was die Verstöße gegen das in Artikel 200 des Gesetzbuches der verschiedenen Gebühren und Steuern vorgesehene Plakatierungsverbot betrifft?
8. Schendt de wet van 22 april 2003 de bevoegdheidsverdeling tussen de federale staat en de gewesten, opgenomen in artikel 6, [ § 1,] I, 1°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980, door de bevoegdheid tot het opmaken van processen-verbaal te regelen voor wat betreft de inbreuken op het verbod tot aanplakking bedoeld in artikel 200 WDRT ?

Die Frage betrifft die Vereinbarkeit von Artikel 200 des Gesetzbuches der verschiedenen Gebühren und Steuern mit dem Legalitätsprinzip in Strafsachen im Sinne der Artikel 12 und 14 der Verfassung, dahingehend ausgelegt, dass das Plakatierungsverbot nicht nur das eigentliche Plakatieren, sondern auch die Beibehaltung der Plakate umfasse.
De vraag betreft de bestaanbaarheid van artikel 200 van het WDRT met het wettigheidsbeginsel in strafzaken vervat in de artikelen 12 en 14 van de Grondwet, in de interpretatie dat het verbod tot aanplakking niet enkel het aanplakken zelf, maar ook het behouden van de aanplakking omvat.

Die Frage betrifft die Vereinbarkeit von Artikel 200 des Gesetzbuches der verschiedenen Gebühren und Steuern mit dem Legalitätsprinzip in Strafsachen im Sinne der Artikel 12 und 14 der Verfassung, dahingehend ausgelegt, dass das Plakatierungsverbot nicht nur Plakate, sondern auch Werbemittel betreffe.
De vraag betreft de bestaanbaarheid van artikel 200 van het WDRT met het wettigheidsbeginsel in strafzaken vervat in de artikelen 12 en 14 van de Grondwet, in de interpretatie dat het verbod tot aanplakking niet enkel doelt op plakbrieven, maar ook op reclame- en publiciteitsmiddelen.