Vertaling van "investieren muss erinnert " (Duits → Nederlands) :

8. betont, dass die Überwindung der Finanz-, Staatsschulden- und Wettbewerbsfähigkeitskrise nicht allein durch eine lockere Geldpolitik gelingen wird; betont daher, wie wichtig es ist, den Prozess tiefgreifender, ausgewogener und sozial nachhaltiger Strukturreformen fortzusetzen, um positive Ergebnisse in den Bereichen Wachstum und Beschäftigung zu erzielen; hebt in diesem Zusammenhang hervor, dass die EU nicht allein über die Kosten in den Wettbewerb treten kann, sondern sowohl auf nationaler als auch auf europäischer Ebene viel mehr in Forschung und Entwicklung, industrielle Entwicklung, Bildung und Kompetenzen sowie Ressourceneffizienz investieren muss; erinnert daran, dass das eigentliche Ziel der Strukturreformen sowie der Verringerung der Staatsverschuldung und der Verschuldung der privaten Haushalte darin bestehen sollte, sich auf nachhaltige wachstumsfreundliche Maßnahmen konzentrieren zu können und letztlich Arbeitsplätze zu schaffen und die Armut zu bekämpfen; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, das Potenzial von Förderbanken stärker zu nutzen, um die Wirtschaft in der Europäischen Union anzukurbeln;
8. benadrukt dat de financiële, staatsschuld- en concurrentiecrisis niet enkel met een monetair beleid kan worden opgelost; benadrukt derhalve het belang van het voortzetten van het proces van diepgaande, uitgebalanceerde en sociaal duurzame structurele hervormingen om groei en werkgelegenheid te creëren; herhaalt in dit verband dat de EU niet op kosten alleen kan concurreren, maar veel meer moet investeren in onderzoek en ontwikkeling, industriële ontwikkeling, onderwijs en vaardigheden en het efficiënte gebruik van hulpbronnen, zowel op nationaal als op Europees niveau; herinnert eraan dat structurele hervormingen en verlaging van de overheids- en private schuld juist als hoofddoel moeten hebben om meer nadruk te kunnen leggen op beleid dat duurzame groei bevordert en om uiteindelijk werkgelegenheid te scheppen en armoede te bestrijden; roept de Commissie en de lidstaten op om het potentieel van investeringsbanken beter te benutten, om de economie in de Europese Unie een nieuwe impuls te geven;

5. unterstützt die erhebliche Aufstockung der Mittel für das thematische Programm des Instruments für Entwicklungszusammenarbeit für Umwelt und nachhaltige Bewirtschaftung der natürlichen Ressourcen; hat Kenntnis davon, dass sich die Kommission um zusätzliche Unterstützung zur Förderung der nachhaltigen Energieerzeugung in den Entwicklungsländern im Vorfeld der Rio+20-Konferenz der Vereinten Nationen 2012 und zur Finanzierung der vor kurzem angekündigten EU-Initiative „Energie für die Entwicklung“ bemüht, mit der der ungleiche Zugang zur Energie in den Entwicklungsländern angegangen wird; bekräftigt jedoch, dass die Finanzierung von Klimaschutzmaßnahmen eine Ergänzung zur derzeit geplanten Entwicklungsfinanzierung sein muss und dass die Mittel für Schlüsselsektoren der Millennium-Entwicklungsziele, z.B. Grundbildung und medizinische Grundversorgung, nicht für Klimaschutzmaβnahmen abgezweigt werden sollten; begrüßt die vorgeschlagene Aufstockung der Mittel der Haushaltslinie „In die Menschen investieren“ und erinnert die Kommission an die festgelegten EU-Benchmarks und die seit der Einführung des DCI (2007-2013) gegebene Zusage, mindestens 20% der Mittel des DCI für Gesundheit und Grundbildung einzusetzen, mit besonderem Augenmerk darauf, welche Fortschritte hinsichtlich der am stärksten ins Hintertreffen geratenen Millennium-Entwicklungsziele erzielt wurden;
5. steunt de aanzienlijke verhoging van kredieten voor het thematische DCI-programma inzake milieu en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen; begrijpt dat de Commissie naar extra steun streeft voor de bevordering van duurzame energie voor ontwikkelingslanden in de aanloop naar de VN-conferentie Rio+20 in 2012 en voor de financiering van het onlangs aangekondigde EU-initiatief "Energising Development", dat een aanpak beoogt van de ongelijkheid op energiegebeid in de ontwikkelingslanden; wijst er echter nogmaals op dat financiering van klimaatmaatregelen toegevoegd moet worden aan de reeds geprogrammeerde ontwikkelingsgelden en dat geld voor de belangrijkste MDG-sectoren zoals basisonderwijs en gezondheid niet mag worden besteed aan klimaatacties; verwelkomt de voorgestelde verhoging voor de begrotingslijn voor "Investeren in mensen" en herinnert de Commissie aan de bestaande EU-benchmarks en de verplichtingen die sinds het instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) van 2005 zijn aangegaan om ten minste 20% van het DCI te bestemmen voor gezondheid en basisonderwijs, met bijzondere aandacht voor de voortgang die is geboekt in de richting van de MDO's die het minst op koers liggen;

31. ist der Auffassung, dass ein neuer Ansatz in Bezug auf die Beziehungen der EU mit ihren östlichen Nachbarn vonnöten ist, der auf Verdiensten, Differenzierung und dem Grundsatz „mehr für mehr“ basiert; ist der Überzeugung, dass die Unterstützung der Länder, die näher an die EU heranrücken möchten, oberste Priorität bei der EU-Außenpolitik genießen muss und dass eine wichtige Antwort zur Eindämmung der Bestrebungen Russlands in seiner Nachbarschaft darin besteht, in die Unabhängigkeit, Souveränität, wirtschaftliche Entwicklung und weitere Demokratisierung dieser Länder zu investieren; hält an der europäischen Perspektive für die östlichen Nachbarstaaten der EU fest und erinnert daran, dass sie wie alle anderen europäischen Staaten gemäß Artikel 49 EUV einen Antrag auf Mitgliedschaft in der Europäischen Union stellen können, sofern sie den Kopenhagener Kriterien genügen und sich an die Grundsätze der Demokratie, der Achtung der Grundfreiheiten sowie der Menschen- und Minderheitenrechte halten und für rechtsstaatliche Verhältnisse sorgen;
31. is van opvatting dat een nieuwe benadering van de betrekkingen van de EU met haar oostelijke buren geboden is, die gebaseerd is op merites, differentiatie en het „meer voor meer-beginsel”; meent dat de ondersteuning van landen die een toenadering tot de EU wensen een centrale prioriteit van het buitenlands beleid van de Unie moet vormen en dat het, om de ambities van Rusland in zijn omgeving in bedwang te houden, van belang is om te investeren in de onafhankelijkheid, de soevereiniteit, de economische ontwikkeling en de verdere democratisering van deze landen; zet zich ervoor in de oostelijke Europese buurlanden van de EU een Europees perspectief te bieden, en herinnert eraan dat zij overeenkomstig artikel 49 VEU – net als elke andere Europese staat – kunnen verzoeken om toetreding tot de Europese Unie, mits zij zich aan de criteria van Kopenhagen en de democratische beginselen houden, de fundamentele vrijheden, de mensenrechten en de rechten van minderheden in acht nemen en de toepassing van rechtsstatelijke beginselen waarborgen;

30. ist der Auffassung, dass ein neuer Ansatz in Bezug auf die Beziehungen der EU mit ihren östlichen Nachbarn vonnöten ist, der auf Verdiensten, Differenzierung und dem Grundsatz „mehr für mehr“ basiert; ist der Überzeugung, dass die Unterstützung der Länder, die näher an die EU heranrücken möchten, oberste Priorität bei der EU-Außenpolitik genießen muss und dass eine wichtige Antwort zur Eindämmung der Bestrebungen Russlands in seiner Nachbarschaft darin besteht, in die Unabhängigkeit, Souveränität, wirtschaftliche Entwicklung und weitere Demokratisierung dieser Länder zu investieren; hält an der europäischen Perspektive für die östlichen Nachbarstaaten der EU fest und erinnert daran, dass sie wie alle anderen europäischen Staaten gemäß Artikel 49 EUV einen Antrag auf Mitgliedschaft in der Europäischen Union stellen können, sofern sie den Kopenhagener Kriterien genügen und sich an die Grundsätze der Demokratie, der Achtung der Grundfreiheiten sowie der Menschen- und Minderheitenrechte halten und für rechtsstaatliche Verhältnisse sorgen;
30. is van opvatting dat een nieuwe benadering van de betrekkingen van de EU met haar oostelijke buren geboden is, die gebaseerd is op merites, differentiatie en het "meer voor meer-beginsel"; meent dat de ondersteuning van landen die een toenadering tot de EU wensen een centrale prioriteit van het buitenlands beleid van de Unie moet vormen en dat het, om de ambities van Rusland in zijn omgeving in bedwang te houden, van belang is om te investeren in de onafhankelijkheid, de soevereiniteit, de economische ontwikkeling en de verdere democratisering van deze landen; zet zich ervoor in de oostelijke Europese buurlanden van de EU een Europees perspectief te bieden, en herinnert eraan dat zij overeenkomstig artikel 49 VEU – net als elke andere Europese staat – kunnen verzoeken om toetreding tot de Europese Unie, mits zij zich aan de criteria van Kopenhagen en de democratische beginselen houden, de fundamentele vrijheden, de mensenrechten en de rechten van minderheden in acht nemen en de toepassing van rechtsstatelijke beginselen waarborgen;