Traduction de «interesse einer verstärkten eu-weiten exzellenzförderung mehr » (Allemand → Néerlandais) :

Indem das EIT im Interesse einer verstärkten EU-weiten Exzellenzförderung mehr Beteiligte einbindet, Synergieeffekte stärker fördert und die gegenseitige Ergänzung mit den Strukturfonds unterstützt, sich zu Flexibilität und Verantwortlichkeit bekennt sowie zu Offenheit, Transparenz und externem Engagement verpflichtet, kann es die gesamtgesellschaftliche Übernahme und Akzeptanz von Innovationen aktiv fördern.
Door de participatie te verbreden, om ervoor te zorgen dat uitmuntendheid zich in geheel Europa verspreidt, sterke synergieën en complementariteit met de structuurfondsen te bevorderen, flexibiliteit te omarmen, verantwoording af te leggen en een houding aan te nemen die getuigt van openheid, transparantie en externe betrokkenheid kan het EIT actief bevorderen dat nieuwe innovaties door de samenleving als geheel worden opgepakt en geaccepteerd.

11. betont, dass klare, kohärente und einheitliche politische und regulatorische Rahmenbedingungen wesentlich sind, um Anreize für notwendige und – wie im Energiefahrplan gefordert – wirtschaftliche und nachhaltige Investitionen in unbedenkliche Technologien zu setzen; hebt die Kernziele der Strategie Europa 2020 für intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum hervor und fordert, dieses politische Konzept über 2020 hinaus fortzusetzen; stellt fest, dass im Interesse einer sachkundigen und ausgewogenen Entscheidung über Strategien für die Zeit nach 2020 die bestehenden Strategien bis 2020 überprüft werden müssen; betont, dass eine Energiestrategie mit Schwerpunkt auf mehr Versorgungssicherheit und Wettbewerbsfähigkeit in der EU, Schaffung von Arbeitsplätzen, sozialen Aspekten und ökologischer Nachhaltigkeit notwendig ist, unter anderem durch verstärkten Einsatz erneuerbarer Energieträger, Diversifizierung der Versorgungswege, -unternehmen und -quellen, einschließlich besserer Verbindungsleitungen zwischen den Mitgliedstaaten, einer höheren Energieeffizienz sowie eine effizienteren und besseren Konzeption der Energiesysteme, um Investitionen in nachhaltige Energieerzeugung, Reservekapazitäten und Energieausgleichstechnologien zu fördern;
11. benadrukt dat een duidelijk, samenhangend en consistent beleid en regelgevingskader van het grootste belang is om de nodige investeringen voor "no regrets"-technologie, zoals gedefinieerd in het stappenplan, op economisch efficiënte en duurzame wijze te helpen bevorderen; wijst op de kerndoelstellingen van de Europa 2020-strategie voor intelligente, duurzame en inclusieve groei en dringt aan op de voortzetting van deze beleidsbenadering na 2020; merkt op dat de huidige strategieën voor 2020 moeten worden geëvalueerd teneinde een weloverwogen en evenwichtige beslissing te kunnen nemen over de strategieën voor na 2020; onderstreept het belang van een energiestrategie die erop gericht is energiezekerheid, economisch concurrentievermogen, werkgelegenheid, sociale aspecten en milieuduurzaamheid in de EU te bevorderen door maatregelen zoals een toename van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, diversificatie van toeleveringsroutes, leveranciers en energiebronnen, met betere interconnecties tussen de lidstaten, energie-efficiëntie en een efficiënter en geoptimaliseerd ontwerp van het elektriciteitssysteem om investeringen in duurzame energieproductie en backup- en balanceringstechnologie te stimuleren;

12. betont, dass klare, kohärente und einheitliche politische und regulatorische Rahmenbedingungen wesentlich sind, um Anreize für notwendige und – wie im Energiefahrplan gefordert – wirtschaftliche und nachhaltige Investitionen in unbedenkliche Technologien zu setzen; hebt die Kernziele der Strategie Europa 2020 für intelligentes, nachhaltiges und integratives Wachstum hervor und fordert, dieses politische Konzept über 2020 hinaus fortzusetzen; stellt fest, dass im Interesse einer sachkundigen und ausgewogenen Entscheidung über Strategien für die Zeit nach 2020 die bestehenden Strategien bis 2020 überprüft werden müssen; betont, dass eine Energiestrategie mit Schwerpunkt auf mehr Versorgungssicherheit und Wettbewerbsfähigkeit in der EU, Schaffung von Arbeitsplätzen, sozialen Aspekten und ökologischer Nachhaltigkeit notwendig ist, unter anderem durch verstärkten Einsatz erneuerbarer Energieträger, Diversifizierung der Versorgungswege, -unternehmen und -quellen, einschließlich besserer Verbindungsleitungen zwischen den Mitgliedstaaten, einer höheren Energieeffizienz sowie eine effizienteren und besseren Konzeption der Energiesysteme, um Investitionen in nachhaltige Energieerzeugung, Reservekapazitäten und Energieausgleichstechnologien zu fördern;
12. benadrukt dat een duidelijk, samenhangend en consistent beleid en regelgevingskader van het grootste belang is om de nodige investeringen voor „no regrets”-technologie, zoals gedefinieerd in het stappenplan, op economisch efficiënte en duurzame wijze te helpen bevorderen; wijst op de kerndoelstellingen van de Europa 2020-strategie voor intelligente, duurzame en inclusieve groei en dringt aan op de voortzetting van deze beleidsbenadering na 2020; merkt op dat de huidige strategieën voor 2020 moeten worden geëvalueerd teneinde een weloverwogen en evenwichtige beslissing te kunnen nemen over de strategieën voor na 2020; onderstreept het belang van een energiestrategie die erop gericht is energiezekerheid, economisch concurrentievermogen, werkgelegenheid, sociale aspecten en milieuduurzaamheid in de EU te bevorderen door maatregelen zoals een toename van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, diversificatie van toeleveringsroutes, leveranciers en energiebronnen, met betere interconnecties tussen de lidstaten, energie-efficiëntie en een efficiënter en geoptimaliseerd ontwerp van het elektriciteitssysteem om investeringen in duurzame energieproductie en backup- en balanceringstechnologie te stimuleren;

2. nimmt die Verabschiedung der Erklärung von Toledo und des Referenzdokuments von Toledo zur integrierten Stadterneuerung zur Kenntnis; stimmt damit überein, dass mehr Kontinuität und Koordinierung erforderlich sind, um zu einem gemeinsamen Arbeitsprogramm bzw. einer „Europäischen Stadtagenda“ zu gelangen; begrüßt die Tatsache, dass die Minister die Notwendigkeit einer verstärkten Zusammenarbeit und Koordinierung mit dem Europäischen Parlament sowie das Ziel der Stärkung der städtischen Dimension der Kohäsionspolitik und der Förderung nachhaltiger Stadtentwicklung und integrierter Ansätze durch die Verstärkung und Entwicklung von Instrumenten zur Umsetzung der Leipzig-Charta auf allen Ebenen hervorgehoben haben; beglückwünscht die Mitgliedstaaten und die Kommission zu ihren Anstrengungen zur Fortsetzung des Marseille-Prozesses und zur Umsetzung eines Referenzrahmens für nachhaltige europäische Städte; beobachtet mit Interesse die Durchführung der Testphase des europäischen Referenzrahmens; bedauert jedoch, dass die Städte nicht genügend in diese Prozesse einbezogen sind; fordert deshalb die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, eine bessere Information der nicht teilnehmenden Städte über diesen Prozess zu gewährleisten und das Parlament über weitere Entwicklungen auf dem Laufenden zu halten;
2. wijst op de goedkeuring van de verklaring van Toledo en het referentiedocument van Toledo over stadsvernieuwing; deelt het standpunt dat er behoefte is aan meer continuïteit en coördinatie om te komen tot een gezamenlijk werkprogramma of „Europese stedelijke agenda”; verwelkomt het feit dat ministers de behoefte aan versterking van de samenwerking en coördinatie met het Europees Parlement hebben benadrukt alsmede de doelstelling van versterking van de stedelijke dimensie binnen het cohesiebeleid en de bevordering van duurzame stadsontwikkeling en geïntegreerde benaderingen door versterking en ontwikkeling van de instrumenten voor de uitvoering van het Handvest van Leipzig op alle niveaus; feliciteert de lidstaten en de Commissie met hun inspanningen om het proces van Marseille voort te zetten en een referentiekader voor duurzame Europese steden in te voeren; volgt met belangstelling de start van een testfase van het referentiekader; betreurt echter dat steden niet voldoende bij deze processen betrokken worden; verzoekt derhalve de Commissie en lidstaten om een betere informatiestroom te waarborgen voor niet deelnemende steden en om het Parlement op de hoogte te houden van verdere ontwikkelingen;