Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "insofern diese strafe " (Duits → Nederlands) :

Folglich ist Artikel 43 Absatz 1 des Strafgesetzbuches nicht vereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, jedoch nur insofern, als er den Richter dazu verpflichtet, die Einziehung der Sache, die zur Begehung eines Verbrechens oder Vergehens gedient hat, auszusprechen, wenn diese Strafe die finanzielle Lage der Person, der sie auferlegt wird, dermaßen beeinträchtigt, dass sie eine Verletzung des Eigentumsrechts ...[+++]

Artikel 43, eerste lid, van het Strafwetboek is derhalve niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doch enkel in zoverre het de rechter ertoe verplicht de verbeurdverklaring uit te spreken van de zaak die heeft gediend om een misdaad of een wanbedrijf te plegen, wanneer die straf dermate afbreuk doet aan de financiële toestand van de persoon aan wie ze is opgelegd dat ze een schending van het eigendomsrecht inhoudt.


Artikel 43 Absatz 1 des Strafgesetzbuches verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, jedoch nur insofern, als er den Richter dazu verpflichtet, die Einziehung der Sache, die zur Begehung eines Verbrechens oder Vergehens gedient hat, auszusprechen, wenn diese Strafe die finanzielle Lage der Person, der sie auferlegt wird, dermaßen beeinträchtigt, dass sie eine Verletzung des Eigentumsrechts beinhaltet.

Artikel 43, eerste lid, van het Strafwetboek schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doch enkel in zoverre het de rechter ertoe verplicht de verbeurdverklaring uit te spreken van de zaak die heeft gediend om een misdaad of een wanbedrijf te plegen, wanneer die straf dermate afbreuk doet aan de financiële toestand van de persoon aan wie ze is opgelegd dat ze een schending van het eigendomsrecht inhoudt.


Aus der Darlegung des in der Rechtssache Nr. 5711 angeführten ersten Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 140ter des Strafgesetzbuches mit den Artikeln 12 Absatz 2 und 14 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Artikel 7 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention, mit Artikel 15 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und mit Artikel 49 Absatz 1 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, zu befinden, einerseits, insofern die Elemente der durch die angefochtene Gesetzesbestimmung eingeführten Straftat nicht nachgewiesen we ...[+++]

Uit de uiteenzetting van het in de zaak nr. 5711 aangevoerde eerste middel blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van artikel 140ter van het Strafwetboek met de artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 7.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, met artikel 15, lid 1, van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 49, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, enerzijds, in zoverre de bestanddelen van het bij de bestreden wetsbepaling ingevoerde misdrijf niet zouden kunn ...[+++]


Ebenso wie in den Rechtssachen, die zu dem Entscheid Nr. 168/2016 vom 22. Dezember 2016 geführt haben, befragt der vorlegende Richter den Gerichtshof zur Vereinbarkeit dieser Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 2 des Strafgesetzbuches, Artikel 15 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern sie dem nach dem Inkrafttreten des Gesetzes vom 9. März 2014 befassten Richter dazu verpflichte, im Falle der Verurt ...[+++]

Zoals hij heeft gedaan in de zaken die aanleiding hebben gegeven tot het arrest nr. 168/2016 van 22 december 2016, stelt de verwijzende rechter aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid van die bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 2 van het Strafwetboek, met artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij de rechter bij wie de zaak na de inwerkingtreding van de wet van 9 maart 2014 aanhangig is gemaakt, ertoe verplicht om, bij een veroordeling van een recidiverende b ...[+++]


Der vorlegende Richter befragt den Gerichtshof zur Vereinbarkeit dieser Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 2 des Strafgesetzbuches, Artikel 15 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern sie dem nach dem Inkrafttreten des Gesetzes vom 9. März 2014 befassten Richter dazu verpflichte, im Falle der Verurteilung eines im Wiederholungsfall Angeklagten zu einer Strafe ...[+++]

De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid van die bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 2 van het Strafwetboek, met artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij het de rechter bij wie de zaak na de inwerkingtreding van de wet van 9 maart 2014 aanhangig is gemaakt, ertoe verplicht om, bij een veroordeling van een recidiverende beklaagde tot een straf van verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig, wegens een overtreding ...[+++]


« Verstösst Artikel 211bis des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er ausschliesst, dass ein Angeklagter, dem der Erstrichter eine Geldbusse auferlegt hat, durch das Berufungsgericht zu einer gleichartigen Arbeitsstrafe verurteilt werden kann, ohne dass dieses Gericht einstimmig befindet, insofern diese Strafe schwerer ist als die erstere?

« Schendt artikel 211bis van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het uitsluit dat een beklaagde aan wie de eerste rechter een boete heeft opgelegd, door het gerecht in hoger beroep kan worden veroordeeld tot een werkstraf van dezelfde aard, zonder dat dat gerecht uitspraak doet met eenparigheid van stemmen van zijn leden, in zoverre die straf zwaarder is dan de eerste ?


« Verstösst Artikel 211bis des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er ausschliesst, dass ein Angeklagter, dem der Erstrichter eine Geldbusse auferlegt hat, durch das Berufungsgericht zu einer gleichartigen Arbeitsstrafe verurteilt wird, ohne dass dieses Gericht einstimmig befindet, insofern diese Strafe schwerer ist als die erstere?

« Schendt artikel 211bis van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het uitsluit dat een beklaagde aan wie de eerste rechter een boete heeft opgelegd, door het gerecht in hoger beroep kan worden veroordeeld tot een werkstraf van dezelfde aard, zonder dat dat gerecht uitspraak doet met eenparigheid van stemmen van zijn leden, in zoverre die straf zwaarder is dan de eerste ?


In den zweiten Ergänzungsschlussanträgen, die sie vor dem Pfändungsrichter des Gerichts erster Instanz Brüssel niedergelegt hat, hat die Klägerin, in der Meinung, dass die in Artikel 126 Absatz 2 des Erbschaftsteuergesetzbuches vorgesehenen Geldbussen einen strafrechtlichen Charakter haben, den Richter gebeten, eine präjudizielle Frage zu stellen über die Vereinbarkeit dieser Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern diese Strafe nicht durch ein Gericht verhängt wird und sie nicht einhergeht mit den Garantien von Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention.

In de tweede aanvullende conclusies die zij voor de beslagrechter van de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel heeft neergelegd, heeft de eisende partij, van oordeel zijnde dat de boeten waarin artikel 126, tweede lid, van het Wetboek der successierechten voorziet een strafrechtelijk karakter hebben, de rechter verzocht een prejudiciële vraag te stellen over de verenigbaarheid van die bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat die straf niet wordt uitgesproken door een rechtbank en zij niet gepaard gaat met de waarborgen van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.


« Ist Artikel 11bis des Sozialdokumentegesetzes, der durch Artikel 30 des Programmgesetzes vom 6. Juli 1989 in den königlichen Erlass Nr. 5 vom 23. Oktober 1978 eingefügt wurde, und zwar in der vor dem 1. April 1994 geltenden Fassung dieser Bestimmung, d.h. vor der Abänderung durch das Gesetz vom 23. März 1994 zur Festlegung bestimmter Massnahmen auf Ebene des Arbeitsrechts gegen die Schwarzarbeit, und in Anbetracht des Artikels 29 § 2 dieses Gesetzes, wodurch als Übergangsbestimmung Artikel 11bis weiterhin für Taten gilt, die vor dem Datum des Inkrafttretens des Gesetzes vom 23. März 1994 begangen wurden, diskriminierend im Sinne der Ar ...[+++]

« Is artikel 11bis van de Sociale Documentenwet, ingevoegd bij artikel 30 van de Programmawet van 6 juli 1989 in het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 zoals deze bepaling toepasselijk was vóór 1 april 1994, namelijk vóór de wijziging door de wet van 23 maart 1994 houdende bepaalde maatregelen op arbeidsrechtelijk vlak tegen het zwartwerk, en gelet op artikel 29, § 2, van deze wet, waardoor als overgangsbepaling artikel 11bis van kracht blijft op de feiten welke werden gepleegd vóór de datum van de inwerkingtreding van de wet van 23 maart 1994, discriminerend ten aanzien van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het ...[+++]


Es scheint, daß die Gesetzeslage in den Mitgliedstaaten jeweils einer der folgenden zwei Formen dieses Grundsatzes folgt: Bisweilen muß, wenn im Ausland bereits eine Verurteilung für dieselbe Tat erfolgt ist, diese erste Verurteilung insofern be rück sichtigt werden, als sie zu einer Reduzierung der zweiten Strafe führt("Anrechnungsprinzip"). [13] Nach dem "Erledigungsprinzip" ist eine zweite Ent scheidung in derselben Sache betref ...[+++]

In de huidige wetgeving van de lidstaten wordt dit beginsel in een van de twee volgende vormen gehanteerd: ofwel moet met een eerdere veroordeling voor dezelfde daad in een ander land rekening worden gehouden in die zin dat de tweede beslissing lichter uitvalt [13], ofwel kan over dezelfde zaak (ten aanzien van dezelfde persoon of personen) helemaal geen beslissing meer worden gegeven.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'insofern diese strafe' ->

Date index: 2022-07-14
w