Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «insofern darin suggeriert werden würde » (Allemand → Néerlandais) :

Im Übrigen ist festzuhalten, dass selbst in dem Fall, dass die Vorabentscheidungsfrage so zu verstehen wäre, dass sie sich auf Artikel 16 von Buch I Titel VIIbis Kapitel II des Handelsgesetzbuches (Gesetz vom 25. August 1891 zur Abänderung des Titels des Handelsgesetzbuches über Beförderungsverträge) bezieht, der Ausgangspunkt dieser Frage falsch wäre, insofern darin suggeriert werden würde, dass es einen Behandlungsunterschied zwischen den Kunden der NGBE und den Kunden privater Verkehrsbetriebe gäbe.

Voor het overige, ook al zou de prejudiciële vraag in die zin moeten worden begrepen dat zij betrekking heeft op artikel 16 van boek I, titel VIIbis, hoofdstuk II, van het Wetboek van Koophandel (wet van 25 augustus 1891 houdende herziening van de titel van het Wetboek van Koophandel betreffende de vervoerovereenkomst), dan nog zou het uitgangspunt van die vraag verkeerd zijn in zoverre daarin wordt gesuggereerd dat een verschil in behandeling zou bestaan tussen de klanten van de NMBS en de klanten van de private ...[+++]


« Verstößt Artikel 4 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches, insofern darin der allgemeine Rechtsgrundsatz der materiellen Rechtskraft der Strafsachen über Zivilsachen verankert ist, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 der Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten und dem Grundsatz der Waffengleichheit, indem er dazu führt, dass die Partei, die während eines Strafprozesses verurteilt wurde und nachher vor den ...[+++]

« Schendt artikel 4 van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, in zoverre het algemene rechtsbeginsel van het gezag van gewijsde in strafzaken over burgerlijke zaken erin is vastgelegd, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en met het beginsel van de wapengelijkheid, doordat het tot gevolg heeft dat de partij die tijdens een strafproces is veroordeeld en die vervolgens is opgeroepen voor de burgerlijke rechter, niet het bewijs van de ontstentenis van een misdrijf kan genieten dat in diezelfde burgerlijke zaak ...[+++]


Insofern darin vorgesehen ist, dass die Pfändung durch den Richter erlaubt werden kann, wenn nachgewiesen wird, dass die fremde Macht der Maßnahme « ausdrücklich » zugestimmt hat, geht Nr. 1 von Paragraph 2 von Artikel 1412quinquies des Gerichtsgesetzbuches, der durch die angefochtene Bestimmung eingeführt wurde, nicht über das hinaus, was durch das vorerwähnte Übereinkommen und durch die internationalen Gepflogenheiten verlangt wi ...[+++]

In zoverre het bepaalt dat het beslag door de rechter kan worden toegestaan indien wordt aangetoond dat de buitenlandse mogendheid « uitdrukkelijk » heeft ingestemd met de maatregel, gaat het 1° van paragraaf 2 van artikel 1412quinquies van het Gerechtelijk Wetboek, dat bij de bestreden bepaling is ingevoerd, niet verder dan hetgeen door het voormelde Verdrag en door het internationale gebruik wordt vereist.


Insofern darin vorgesehen ist, dass eine Ausnahme zum Grundsatz der Vollstreckungsimmunität der Güter von fremden Mächten vorgenommen wird, wenn erwiesen ist, dass diese Güter durch die fremde Macht insbesondere für andere als nichtkommerzielle öffentliche Dienstleistungszwecke genutzt werden beziehungsweise dazu bestimmt sind, für andere als nichtkommerzielle öffentliche Dienstleistungszwecke genutzt zu werden, entspricht Artikel 1412quinquies des Gerichtsgesetzbuches dem internationalen öffe ...[+++]

In zoverre het bepaalt dat een uitzondering wordt gemaakt op het beginsel van de uitvoeringsimmuniteit van de eigendommen van buitenlandse mogendheden indien wordt vastgesteld dat die eigendommen in het bijzonder worden gebruikt of beoogd zijn voor gebruik door de buitenlandse mogendheid voor andere dan niet-commerciële overheidsdoeleinden, is artikel 1412quinquies van het Gerechtelijk Wetboek in overeenstemming met het internationaal publiekrecht en schendt het de in de middelen aangevoerde bepalingen dus niet.


Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 33 des Gesetzes vom 24. Juni 2013 über die kommunalen Verwaltungssanktionen (nachstehend: Gesetz vom 24. Juni 2013) mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit der durch Artikel 6 Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Unschuldsvermutung, vereinbar sei, insofern darin vorgesehen sei, dass die administrative Geldbuße, die wegen bestimmter Verkehrsverstöße auferlegt werden ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij artikel 6.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 33 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (hierna : de wet van 24 juni 2013) in zoverre daarin zou worden voorzien dat de administratieve geldboete die kan worden opgelegd wegens welbepaalde verkeersinbreuken, « bij afw ...[+++]


3. « Verstößt Artikel 23 § 1 des Gesetzbuches über die belgische Staatsangehörigkeit gegen Artikel 22 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention (sowie mit Artikel 17 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und den Artikeln 7 und 8 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union), insofern einem Belgier, der die belgische Staatsangehörigkeit erst im Laufe seines Lebens erworben hat (und somit nicht Belgier von Geburt ist) die belgische Staatsangehörigkeit aberkannt werden kann, mit ...[+++]

3. « Schendt artikel 23 § 1 WBN artikel 22 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (alsmede met artikel 17 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met de artikelen 7 en 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie), in de mate dat een Belg die de Belgische nationaliteit slechts tijdens zijn leven heeft verkregen (en die dus geen Belg is door geboorte) van die Belgische nationaliteit kan worden vervallen verklaard, met het risico dat deze wordt uitgeleverd aan een ander land (nota bene geen E ...[+++]


In seinem Entscheid Nr. 44/2015 vom 23. April 2015 hat der Gerichtshof geurteilt, dass das vorerwähnte Gesetz vom 24. Juni 2013 nicht auf unverhältnismäßige Weise gegen die Rechte von Minderjährigen verstößt, insofern darin die Möglichkeit für die Kommunen vorgesehen ist, bestimmte Verhaltensweisen mit administrativen Geldbußen zu ahnden, die Minderjährigen auferlegt werden, die zum Zeitpunkt der Taten das Alter von vierzehn Jahren erreicht haben.

Bij zijn arrest nr. 44/2015 van 23 april 2015 heeft het Hof geoordeeld dat de voormelde wet van 24 juni 2013 niet op onevenredige wijze afbreuk doet aan de rechten van minderjarigen, in zoverre zij in de mogelijkheid voorziet voor de gemeente om bepaalde gedragingen te bestraffen met administratieve geldboeten, opgelegd aan de minderjarigen die op het ogenblik van de feiten de leeftijd van veertien jaar hebben bereikt.


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Urteil vom 24. Juni 2016 in Sachen der Staatsanwaltschaft gegen M. D.B., dessen Ausfertigung am 5. Juli 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Polizeigericht Westflandern, Abteilung Brügge, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 38 § 6 des Gesetzes vom 16. März 1968 über die Straßenverkehrspolizei gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er sich auch auf den Zuwiderhandelnden im Sinne von Artikel 30 § 2 des Gesetzes vom 16. März 1968 bezieht, der somit bei erbrachtem Beweis auf die ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 24 juni 2016 in zake het openbaar ministerie tegen M. D.B., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juli 2016, heeft de Politierechtbank West-Vlaanderen, afdeling Brugge, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 38 § 6 van de Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in die mate dat ook de overtreder in de zin van artikel 30 § 2 van de Wet van 16 maart 1968 wordt geviseerd en aldus bij bewezenverklaring op eenzelfde manier wordt behandeld als overtreders van de andere aldaar vernoemde inbreuken terwijl in de initiële strafbaarstelling zonder herhal ...[+++]


Da unterschiedliche Regeln der Zurechenbarkeit von Verstößen im Bereich des Straßenverkehrs auf juristische Personen angewandt werden müssen, insofern es unmöglich ist, eine direkte Verbindung zwischen dem Fahrzeug, mit dem der Verstoß begangen wurde, und dessen Täter herzustellen, ist es vernünftig gerechtfertigt, dass das Protokoll, das in Anwendung von Artikel 67ter diesem Täter durch die juristische Person, die Inhaber des Nummernschildes ist, zugesandt wird, in Bezug auf ihn nicht die Beweiskraft hat, die den Protokollen beigemes ...[+++]

Aangezien verschillende regels van toerekenbaarheid van verkeersovertredingen moeten gelden ten aanzien van rechtspersonen, in zoverre het onmogelijk is een rechtstreeks verband te leggen tussen het voertuig waarmee ze zijn begaan en de dader ervan, is het redelijk verantwoord dat het proces-verbaal dat met toepassing van artikel 67ter aan die dader wordt toegezonden via de rechtspersoon die houder is van de nummerplaat, te zijnen aanzien niet de bewijswaarde heeft die wordt toegekend aan de processen-verbaal die zijn toegezonden aan de natuurlijke persoon, dader van het misdrijf dat is gepleegd met een voertuig waarvan hij de houder van ...[+++]


Er wurde eingeführt, um dem Entscheid Nr. 44/2011 vom 30. März 2011 Folge zu leisten (ebenda, S. 44), in dem der Gerichtshof geurteilt hatte: « Artikel 33 Nr. 7 Buchstabe b) der Ordonnanz der Region Brüssel-Hauptstadt vom 25. März 1999 über die Ermittlung, Feststellung, Verfolgung und Ahndung von Umweltstraftaten in der durch Artikel 10 der Ordonnanz vom 28. Juni 2001 abgeänderten Fassung verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er es nicht erlaubt, mildernde Umstände zu berücksichtigen, die es ermöglichen ...[+++]

Het is ingevoerd om te beantwoorden aan het arrest nr. 44/2011 van 30 maart 2011 (ibid., p. 34), waarin het Hof had geoordeeld : « Artikel 33, 7°, b), van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 25 maart 1999 betreffende de opsporing, de vaststelling, de vervolging en de bestraffing van misdrijven inzake leefmilieu, zoals gewijzigd bij artikel 10 van de ordonnantie van 28 juni 2001, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het niet toelaat rekening te houden met verzachtende omstandigheden die het mogelijk maken een geldboete op te leggen die lager is dan het daarin ...[+++]


w