Gemäss Artikel 133/45 § 1 Absatz 3 des Dekrets vom 18. Mai 1999, ersetzt durch den angefochtenen Artikel 36, müssen die durch die Flämische Regierung bestimmten beratenden Instanzen ihre Stellungnahmen abgeben « innerhalb einer Ausschlussfrist von dreissig Tagen ab dem Tag nach demjenigen des Eingangs des Antrags auf Stellungnahme.
Luidens artikel 133/45, § 1, derde lid, van het decreet van 18 mei 1999, vervangen bij het bestreden artikel 36, dienen de door de Vlaamse Regering aangewezen adviserende instanties hun adviezen uit te brengen « binnen een vervaltermijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de ontvangst van de adviesvraag.