(5) Für die Zwecke der Entgegennahme und Übermittlung von Informationen zwischen Eurojust und OLAF tragen die Mitgliedstaaten unbeschadet des Artikels 9 dafür Sorge, dass die nationalen Mitglieder von Eurojust als zuständige Behörden der Mitgliedstaaten ausschließlich für die Zwecke der Verordnungen (EG) Nr. 1073/1999 und (Euratom) Nr. 1074/1999 des Rates über die Untersuchungen des Europäischen Amtes für Betrugsbekämpfung (OLAF) (16) vom 25. Mai 1999 angesehen werden.
5. Ten behoeve van de ontvangst en de overdracht van gegevens tussen Eurojust en OLAF en onverminderd artikel 9, zien de lidstaten erop toe dat de nationale leden van Eurojust uitsluitend ter fine van toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 1073/1999 en (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad van 25 mei 1999 betreffende de door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) verrichte onderzoeken (16) door de lidstaten als bevoegde autoriteit worden aangemerkt.