Vertaling van "industrie stiegen " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Ernährungs (industrie) | Lebensmittel (industrie) | Nahrungsmittel (industrie)
Agro- en voedings- | Landbouw en voeding (subst) | Voedselverwerkend

Qualitätsbeauftragte in der Industrie | Qualitätsmanager in der Industrie | Qualitätsbeauftragter in der Industrie/Qualitätsbeauftragte in der Industrie | Qualitätsmanagerin in der Industrie
kwaliteitscoördinatrice in de industrie | kwaliteitsmanager procesindustrie | kwaliteitscoördinator in de industrie | kwaliteitsmanager in de industrie

optische Industrie [ Brille | Feinoptik | Kontaktlinse | optisches Glas ]
optische industrie [ bril | contactlens | optisch glas | precisieoptica ]

Kunststoffindustrie [ Herstellung von Kunststoffen | kunststofferzeugende Industrie | kunststoffverarbeitende Industrie | Kunststoffwarenherstellung ]
kunststofindustrie [ kunststofproducten | plasticproducten ]

für Industrie und Unternehmertum zuständiges Kommissionsmitglied | für Industrie und Unternehmertum zuständiges Mitglied der Kommission | Kommissar für Industrie und Unternehmertum
Commissaris voor Industrie en ondernemerschap | Lid van de Commissie belast met Industrie en ondernemerschap

Industrie-Pharmazeut | Industrie-Pharmazeut/Industrie-Pharmazeutin | Industrie-Pharmazeutin
fabrieksapotheker | industrieel apothekeres | apotheker farmaceutische industrie | industrieel apotheker

Bioindustrie [ biobasierte Industrie | Biotechnologieindustrie | biotechnologische Industrie ]
bio-industrie [ biogebaseerde industrie | industrie op biobasis ]

Rat (Wettbewerbsfähigkeit (Binnenmarkt, Industrie und Forschung)) | Rat (Wettbewerbsfähigkeit (Binnenmarkt, Industrie, Forschung und Raumfahrt))
Raad Concurrentievermogen (Interne Markt, Industrie en Onderzoek) | Raad Concurrentievermogen (Interne Markt, Industrie, Onderzoek en Ruimtevaart)

Industrie- und Handelsministerium | Ministerium für Industrie und Handel
Ministerie van Industrie en Handel

Leiter in der Chemieproduktion | Manager in der chemischen Industrie | Leiter in der Chemieproduktion/Leiterin in der Chemieproduktion | Managerin in der chemischen Industrie
manager chemische industrie | manager procesindustrie | operationeel manager chemische productie | productiemanager procesindustrie

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Für die Industrie stiegen die Endkundenpreise für Strom im gleichen Zeitraum um etwa 3,5 % pro Jahr – und lagen damit in der Hälfte der Mitgliedstaaten über der Inflationsrate. Die Gaspreise stiegen im gleichen Zeitraum um weniger als 1 % pro Jahr – und blieben in den meisten Mitgliedstaaten damit unter der Inflationsrate.
Voor de industrie zijn de kleinhandels-elektriciteitsprijzen in diezelfde periode gemiddeld met ongeveer 3,5% per jaar gestegen, in de helft van de lidstaten sneller dan de inflatie, terwijl de gasprijzen gemiddeld met slechts 1% omhoog gingen, wat in de meeste lidstaten beneden de inflatie ligt.

In einigen Sektoren fielen die Preisschwankungen sehr viel größer aus. So reichte die Spanne beim Anstieg der nationalen Strompreise für Privathaushalte von - 2 % bis + 47 %, und während im EU-Durchschnitt die Gaspreise für die Industrie von 2008 bis 2012 um weniger als 1 % stiegen, meldeten einige energieintensive Branchen für den Zeitraum 2010-2012 Gaspreisanstiege von 27 % bis 40 %.
Sommige sectoren hebben een veel grotere prijsvolatiliteit gekend. De nationale prijsontwikkeling op het gebied van de huishoudelijke elektriciteitstarieven varieert bijvoorbeeld van -34% tot +55%. Terwijl de gemiddelde industriële gasprijzen in de EU in de periode 2008-2012 met minder dan 1% per jaar zijn gestegen, hebben bepaalde energie-intensieve sectoren voor diezelfde periode stijgingen van de gasprijzen gemeld van 27% tot 40%.

„Erzeugnisse der chemischen Industrie“ (HS VI); auf sie entfielen 12 % der gesamten EU-Ausfuhren nach Korea; die Ausfuhren dieser Warenkategorie stiegen um 21 % an.
"producten van de chemische industrie" (GS 06), goed voor 12 % van de totale EU-uitvoer naar Korea die is gestegen met 21 %.

Nach Aussagen des Rechnungshofs beliefen sich „staatliche Beihilfen für den Industrie- und Dienstleistungssektor (ausgenommen Schienenverkehr, sonstige Verkehrsformen, Landwirtschaft und Fischerei) .zum Ausbruch der Finanzkrise im zweiten Halbjahr 2008 auf rund 0,5 % des BIP der EU-27, stiegen allerdings im Jahr 2009 auf 3,5 % des BIP bzw. 410 Milliarden Euro. Dies ist der höchste Wert, seit die Kommission im Jahr 1990 mit der Erstellung ihrer Übersichten über staatliche Beihilfen begann”.
Zoals de Rekenkamer schrijft: "De hoeveelheid staatssteun aan de industriële en dienstensector (exclusief de spoorwegen, andere vervoerswijzen, landbouw en visserij) fluctueerde tot aan het uitbreken van de financiële crisis in de tweede helft van 2008 rond de 0,5 % van het bbp van de EU-27. De hoeveelheid staatssteun nam in 2009 echter toe tot 3,5 % van het bbp (410 miljard euro), het hoogste niveau sinds de Commissie in 1990 is begonnen met haar staatssteunenquêtes".

Zwischen 2005 und 2012 hatte die europäische Industrie mit Strompreiserhöhungen von durchschnittlich real 38 % zu kämpfen, während die Preise in den USA um 4 % zurückgingen und in Japan um 16 % stiegen.[39] Da diese Unterschiede sich auf die Kostenstrukturen von Stahlunternehmen in verschiedenen Regionen auswirken und unmittelbar den globalen Wettbewerb und die Wettbewerbsfähigkeit beeinflussen, sind international wettbewerbsfähige Energiepreise und eine sichere Energieversorgung für die Zukunft des Stahlsektors in Europa von zentraler Bedeutung, nicht zuletzt, weil sie bei Standort- und Investitionsentscheidungen für die Stahlindustrie ausschlaggebend sind.
Tussen 2005 en 2012 werd de Europese industrie geconfronteerd met reële stijgingen van de elektriciteitsprijs van gemiddeld 38 %, terwijl het overeenkomstige cijfer voor de VS ‑4 % en voor Japan +16 % bedroeg[38]. Aangezien deze verschillen gevolgen hebben voor de kostenstructuur van staalbedrijven in verschillende regio's en een directe invloed hebben op de mondiale concurrentie en het concurrentievermogen, zijn internationaal concurrerende energieprijzen en zekerheid van de energievoorziening van essentieel belang voor de toekomst van de staalsector in Europa, niet in de laatste plaats omdat zij voor de staalindustrie van belang zijn bij het kiezen van de vestigingsplaats en bij investeringsbeslissingen.

Die Umweltschutzausgaben der Industrie stiegen in der EU seit den frühen 80er Jahren auf 32 Mia. € im Jahr 1998, was etwa 2 % der gesamten industriellen Wertschöpfung oder 0,4 % des BIP entspricht.
De milieu-uitgaven van de EU-industrie zijn sinds het begin van de jaren tachtig gestegen tot 32 miljard euro in 1998, dat is circa 2% van de totale door de industrie toegevoegde waarde en 0,4% van het BBP.