3. fordert die Mitgliedstaaten auf, Gedanken-, Gewissens- und Religionsfreiheit sowie das Recht zu garantieren, keinem Glauben anzugehören und die Religion zu wechseln, d
a Frauen wie Männer ihre individuellen, sozialen, moralischen, wirtschaftlichen, materiellen und politischen Ziele autonom bestimmen können müssen, und um zu gewährleiste
n, dass Frauen sich optimal selbst verwirklichen können, wobei diese Freiheit durch Kirche und St
aat im Rahmen ihrer jeweiligen spezifisc ...[+++]hen Rolle in der Zivilgesellschaft gestärkt werden sollte; 3. dringt er bij de lidstaten op aan waarborgen te bieden voor de vri
jheid van gedachte, geweten en godsdienst, alsmede het recht geen geloof aan te hangen en van godsdienst te veranderen; in overeenstemming met de noodzaak dat vrouwen net als mannen zelfstandig moeten kunnen beslissen over hun individuele maatschappelijke, morele, economische, materiële en politieke doelstellingen teneinde te verzeker
en dat vrouwen zich optimaal kunnen ontplooien, moet deze vrijheid door kerk en staat wederzijds worden versterkt in het kader van hun
...[+++] specifieke en afzonderlijke rol in de burgermaatschappij;