Die erste klagende Partei führt insbesondere an, dass sie kein Market-Maker im Sinne von Artikel 46 Nr. 16 des Gesetzes vom 6. April 1995 sei, weil sie nicht « auf kontinuierlicher Basis » ihre Bereitschaft anzeige, unter Einsatz des eigenen Kapitals Handel für eigene Rechnung zu betreiben.
De eerste verzoekende partij voert meer bepaald aan dat zij geen market maker in de zin van artikel 46, 16°, van de wet van 6 april 1995 is omdat zij niet « doorlopend » blijk geeft van de bereidheid voor eigen rekening en met eigen kapitaal te handelen.