Folglich ist die präjudizielle Frage auf Artikel 19 Absatz 3 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat zu begrenzen, wobei insbesondere Artikel 728 § 1 und § 3 Absatz 1 des Gerichtsgesetzbuches in die Prüfung durch den Hof einbezogen werden muss.
Bijgevolg dient de prejudiciële vraag te worden beperkt tot artikel 19, derde lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zij het dat inzonderheid artikel 728, § 1 en § 3, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek in het onderzoek van het Hof moet worden betrokken.