Traduction de «hochschulbildung gibt » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Hochschulbildung | Tertiärbildung
tertiair onderwijs

grenzüberschreitende Mobilität in der Hochschulbildung
transeuropese mobiliteit voor het hoger onderwijs

Hochschulbildung
hoger onderwijs

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Die Kommission wird mit nationalen Förderagenturen und Interessenträgern zusammenarbeiten, um die nationalen Informations- und Werbemaßnahmen bezüglich Studien- und Finanzierungsmöglichkeiten zu ergänzen, vor allem in Mitgliedstaaten, in denen es nur wenige internationale Studierende gibt. Außerdem wird sie mithilfe der EU-Delegationen und der Bildungs- und Forschungsreferenten in den Botschaften der Mitgliedstaaten die europäische Dimension der Hochschulbildung außerhalb Europas fördern.
De Commissie zal samenwerken met nationale promotiebureaus en belanghebbenden ter aanvulling van de nationale inspanningen voor informatie en promotie inzake studie- en financieringsmogelijkheden, met name in de lidstaten met een minder sterke aanwezigheid van internationale studenten. Ook zal zij met de hulp van de EU-delegaties en onderwijs- en onderzoeksadviseurs in de ambassades van de lidstaten de Europese dimensie van het hoger onderwijs bevorderen buiten Europa.

Die EU muss mehr in die Hochschulbildung investieren[9] (derzeit gibt die EU nur 1,28 % des BIP aus verglichen mit 3,25% in den USA: die Lücke kommt in erster Linie durch die größeren privaten Investitionen zustande).
De EU moet meer investeren in hoger onderwijs[9] (de EU besteedt momenteel slechts 1,28% van het BBP aan onderwijs, tegen 3,25% voor de VS; dit verschil wordt voornamelijk veroorzaakt door het feit dat in de VS de financiering door de particuliere sector groter is).

Es gibt 12 von der Kommission ernannte Mitglieder, die ein ausgewogenes Verhältnis von Erfahrungen aus Wirtschaft, Hochschulbildung und Forschung widerspiegeln.
Er zijn twaalf door de Commissie benoemde leden, met een evenwichtige verdeling tussen leden met ervaring in het bedrijfsleven, in het hoger onderwijs en in onderzoek.

B. in der Erwägung, dass nur 29 % der Frauen einen Abschluss im IT-Bereich haben und nur 4 % unmittelbar in der IKT-Branche beschäftigt sind; in der Erwägung, dass es in der Hochschulbildung den Angaben der Kommission zufolge mehr Frauen als Männer gibt; in der Erwägung, dass Frauen jedoch nach wie vor in den MINT-Fächern (Mathematik, Informatik, Naturwissenschaften, Technik) unterrepräsentiert sind, was dazu führt, dass ihre wirtschaftlichen Möglichkeiten eingeschränkt sind, obwohl es keine wissenschaftlichen Belege dafür gibt, dass Männer in diesen Fachrichtungen begabter sind als Frauen;
B. overwegende dat slechts 29 % van de vrouwen afgestudeerd is in de informatica en slechts 4 % een rechtstreekse baan vindt in de ICT-sector; overwegende dat volgens cijfers van de Commissie meer vrouwen dan mannen tertiair onderwijs volgen; overwegende dat vrouwen echter nog steeds ondervertegenwoordigd zijn in bètastudies (wetenschap, technologie, engineering en wiskunde), wat de economische kansen voor vrouwen beperkt, ook al is er geen wetenschappelijk bewijs dat mannen voor deze studies meer begaafd zouden zijn dan vrouwen;

32. betont, dass im Mittelpunkt die Bekämpfung der Jugendarbeitslosigkeit und das Bemühen stehen sollten, Qualifikationen und Bedürfnisse des Marktes effektiv in Einklang zu bringen, und dass öffentlich-private Partnerschaften im Bildungswesen ausgebaut werden müssen; ist ferner der Auffassung, dass die grenzüberschreitende Mobilität für Studierende und Wissenschaftler durch Austauschmaßnahmen und Praktika dazu beitragen sollte, hervorzuheben, wie wichtig es ist, die internationale Attraktivität der europäischen Hochschuleinrichtungen zu steigern; stellt fest, dass das Festhalten an dem Ziel, 3 % des BIP für FuE auszugeben, einen Impuls für Innovation durch Forschung und Hochschulbildung gibt;
32. onderstreept dat de aandacht moet worden toegespitst op het aanpakken van de jeugdwerkloosheid en de bevordering van het effectief op elkaar afstemmen van vaardigheden en arbeidsmarkt; meent dat er in de onderwijssector publiek-private partnerschappen moeten worden ontwikkeld; acht het belangrijk de internationale aantrekkingskracht van de Europese instellingen voor hoger onderwijs te verbeteren, onder meer door te zorgen voor meer grensoverschrijdende mobiliteit voor studenten en onderzoekers in de context van uitwisselingen en stages; door de doelstelling om 3% van het BBP te besteden aan onderzoek en ontwikkeling te handhaven, wordt innovatie via onderzoek en hoger onderwijs gestimuleerd;

58. ist der Ansicht, dass im Mittelpunkt die Bekämpfung der Jugendarbeitslosigkeit und das Bemühen stehen sollten, Qualifikationen und Bedürfnisse des Marktes effektiv in Einklang zu bringen, und dass öffentlich-private Partnerschaften im Bildungswesen ausgebaut werden müssen; ist ferner der Auffassung, dass die grenzüberschreitende Mobilität für Studierende und Wissenschaftler durch Austauschmaßnahmen und Praktika dazu beitragen sollte, hervorzuheben, wie wichtig es ist, die internationale Attraktivität der europäischen Hochschuleinrichtungen zu steigern; stellt fest, dass das Festhalten an dem Ziel, 3 % des BIP für FE auszugeben, einen Impuls für Innovation durch Forschung und Hochschulbildung gibt und dass das Engagement Europas für das Bildungswesen in der Strategie Europa 2020 konkrete Gestalt annehmen sollte; begrüßt die Initiative der Kommission, Zielvorgaben für den Bildungsbereich in die Strategie Europa 2020 aufzunehmen;
58. onderstreept dat de aandacht moet worden toegespitst op het aanpakken van de jeugdwerkloosheid en de bevordering van het effectief op elkaar afstemmen van vaardigheden en arbeidsmarkt; meent dat er in de onderwijssector publiek-private partnerschappen moeten worden ontwikkeld; acht het van groot belang de internationale aantrekkingskracht van de Europese instellingen voor hoger onderwijs te verbeteren, en vindt dat dit onder meer kan gebeuren door te zorgen voor meer grensoverschrijdende mobiliteit voor studenten en onderzoekers in de context van uitwisselingen en stages; is van oordeel dat door vast te houden aan de doelstelling om 3% van het BBP te besteden aan onderzoek en ontwikkeling, innovatie via onderzoek en hoger onderwijs kan worden gestimuleerd; is van oordeel dat het Europese engagement op onderwijsvlak concrete vormen moet aannemen in het kader van de EU 2020-strategie; is verheugd over het initiatief van de Europese Commissie om streefcijfers voor onderwijs op te nemen in de EU 2020-strategie;

53. weist darauf hin, dass es zahlreiche Institutionen gibt, die sich mit Hochschulbildung und Forschung in Europa befassen; fordert die Europäische Union auf, Möglichkeiten zu ihrer Koordinierung unter einem Dach zu fördern;
53. wijst erop dat er heel wat instellingen bestaan die zich bezighouden met Europees hoger onderwijs en onderzoek; dringt erop aan dat de Europese Unie methoden bevordert om deze instellingen via een overkoepelend orgaan te coördineren;

28. weist darauf hin, dass es in puncto Ausbildung, Beschäftigung und Qualität des Arbeitsplatzes große Unterschiede zwischen den Menschen gibt, die auf dem Land leben, und jenen, die in der Stadt leben; hält das Recht auf eine gute schulische und berufliche Ausbildung sowie auf Hochschulbildung für all diese Menschen, insbesondere für die jüngsten und schutzbedürftigsten unter ihnen, für sehr wichtig; fordert daher die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, diese Gruppen über ein effizientes System aktiver politischer Maßnahmen und geeigneter Ausbildungsmaßnahmen zu unterstützen, um sie in die Lage zu versetzen, sich rasch an die Anforderungen des Arbeitsmarktes anzupassen;
28. wijst op de aanzienlijke verschillen in opleidingsmogelijkheden, werkgelegenheid en kwaliteit van de arbeid tussen bewoners van stad en platteland; hecht groot belang aan de rechten van alle groepen van de bevolking, vooral de jongste en kwetsbaarste, op goed onderwijs, beroepsopleiding en universitaire studie, en roept de lidstaten en de Commissie dan ook op om ze met een doeltreffend pakket actieve beleidsvoering en degelijke opleidingsmogelijkheden te ondersteunen, zodat ze zich snel aan de eisen van de arbeidsmarkt kunnen aanpassen;

Maßnahmen zur Förderung der gegenseitigen Anerkennung gibt es sowohl im Bereich der Berufsbildung (internationale Zertifizierungen für einige Berufe) als auch im Bereich der Hochschulbildung (ENIC/NARIC-Netzwerke).
Er bestaan regelingen om de wederzijdse erkenning met betrekking tot het beroepsonderwijs (internationale certificering voor sommige beroepen) en het hoger onderwijs (ENIC/Naric-netwerken) te bevorderen.

In den Mitgliedstaaten, in denen es dieses Konzept schon seit längerer Zeit gibt, stellt man eine Stärkung dieser Zentren oder ihre Weiterentwicklung in neue Richtungen fest (beispielsweise auf Ebene der Hochschulbildung).
In de lidstaten waar dergelijke voorzieningen reeds lange tijd bestaan, zijn deze centra uitgebreid of hebben zij nieuwe leertrajecten ontwikkeld (bijvoorbeeld op het niveau van het hoger onderwijs).