Insofern die fragliche Bestimmung nicht vorsieht, dass der auf die 2003 festgelegten Abgaben anwendbare Koeffizient 0,7 für die Abgaben gilt, die die Abgabepflichtigen, die der Gesellschaftssteuer unterliegen, für das Ablagern von Betriebsabfällen in einer für Haushaltsabfälle genehmigten Deponie zahlen müssen, ist sie nicht mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar.
In zoverre de in het geding zijnde bepaling niet erin voorziet dat de voor de heffingen gevestigd in 2003 toepasselijke coëfficiënt 0,7 geldt voor de heffingen die de heffingsplichtigen die onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting dienen te betalen voor het storten van bedrijfsafvalstoffen op stortplaatsen vergund voor huishoudelijke afvalstoffen, is ze niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.
