6. hebt hervor, dass eine makroökonomische Konditionalität nicht an
nehmbar ist, da sie Schwierigkeiten bei der Umsetzung der Kohäsionspolitik verursachen und möglicherweise Risiken für die Erfüllung der langfristigen Verpflichtungen bergen könnte; weist erneut darauf hin, da
ss Regionen mit dem größten Bedarf von der Einführung einer makroökonomischen Konditionalität betroffen wären, und betont, dass lokale und regionale Behörden nicht für Schwierigkeiten auf der Ebene der Mitgl
iedstaaten bestraft ...[+++]werden sollten; verweist darüber hinaus auf seine Ablehnung der leistungsgebundenen Reserve, die die Regionen davon abhalten könnte, sich ehrgeizigeren und innovativeren Projekten zu Gunsten von Projekten mit leichter erreichbaren Zielvorgaben zuzuwenden; 6. benadrukt dat het stellen van macro-economische voorwaarden onaanvaardbaar is, omdat dit kan leiden tot problemen bij de tenuitvoerlegging van het cohesiebeleid en tot risico's voor de nakoming van langetermijnverplichtingen; herhaalt dat de invoering van macro-economische voorwaarden nadelige gevolgen zou hebben voor de regio's met de meeste problemen, en benadrukt dat lokale en regionale autoriteiten
niet gestraft mogen worden voor problemen op lidstaatniveau; onderstreept daarnaast tegenstander te zijn van de prestatiereserve, omdat regio's daarmee kunnen worden ontmoedigd om ambitieuze en innovatieve projecten te kiezen in plaat
...[+++]s van projecten met makkelijker te bereiken doelen;