3. bedauert zutiefst die gegenwärtige Spaltung zwischen den Mitgliedstaaten in Bezug auf grundlegende außenpolitische Fragen, die ernsthafte Folgen für die Gemeinsame Außen- und Sicherheitspolitik haben wird; weist darauf hin, dass die Union nur dann als ernst zu nehmender internationaler Akteur wahrgenommen wird, wenn sie eine einheitliche Linie verfolgt und laut und deutlich mit einer Stimme spricht;
3. betreurt ten zeerste de huidige verdeeldheid tussen de lidstaten met betrekking tot cruciale kwesties op het gebied van het buitenlands beleid, die ernstige gevolgen zal hebben voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid; wijst erop dat alleen als de Unie één lijn trekt en met één luide en duidelijke stem spreekt zij als een serieuze internationale medespeler zal worden beschouwd;
