Es ist nämlich zu rechtfertigen, dass der Ordonnanzgeber, um jedem das in Artikel 23 der Verfassung festgelegte Recht auf eine angemessene Wohnung zu gewährleisten, die Behörden ermächtigt, die tatsächliche Belegung von Immobilien zu prüfen, für die es Anzeichen des Leerstehens gibt.
Het kan immers worden verantwoord dat, om elkeen het in artikel 23 van de Grondwet vastgelegde recht op een behoorlijke huisvesting te waarborgen, de ordonnantiegever de overheid machtigt om de effectieve bewoning na te gaan van een onroerend goed waarvoor aanwijzingen bestaan dat het zou kunnen leegstaan.