Art. 382. Der Direktor der direkten Steuern ist berechtigt, in der Kanzlei des Gerichtshofes die Akte und die neuen Schriftstücke während dreißig Tagen nach den durch die Artikel 379 und 381 gewährten Fristen einzusehen.
Art. 382. De directeur der directe belastingen heeft het recht ter griffie van het Hof inzage te doen nemen van het dossier en van de nieuwe stukken gedurende dertig dagen welke volgen op de in de artikelen 379 en 381 toegestane termijnen.