In ihrem Schriftsatz führt die Flämische Regierung an, dass die « praktischen Ausführungsmassnahmen in Bezug auf das Unterrichtswesen », die durch Artikel 5 des Sondergesetzes vom 21. Juli 1971 geschützt seien, keine « bestehenden Garantien » im Sinne von Artikel 16bis des Sondergesetzes vom 8. August 1980 seien, insofern Artikel 5 des Sondergesetzes vom 21. Juli 1971 im Widerspruch zur Zuständigkeitsverteilung auf dem Gebiet des Unterrichtswesens, die in Artikel 127 der Verfassung enthalten sei, stehe.
In haar memorie voert de Vlaamse Regering aan dat de « praktische uitvoeringsmaatregelen inzake onderwijs » beschermd bij artikel 5 van de bijzondere wet van 21 juli 1971 geen « bestaande garanties » zouden zijn in de zin van artikel 16bis van de bijzondere wet van 8 augustus 1980, in zoverre artikel 5 van de bijzondere wet van 21 juli 1971 in strijd zou zijn met de verdeling van de bevoegdheden inzake onderwijs vervat in artikel 127 van de Grondwet.