Die Befugnis der Architektenkammer, « der Gerichtsbehörde jeden Verstoß gegen die Gesetze und Verordnungen zum Schutz des Architektentitels und -berufs » zu melden, kann nämlich als eine Ermächtigung durch den Gesetzgeber, in einem solchen Fall vor Gericht aufzutreten, verstanden werden.
Immers, de bevoegdheid van de Orde van architecten om « aangifte [te doen] bij de rechterlijke overheid van elke inbreuk op de wetten en reglementen tot bescherming van de titel en van het beroep van architect » kan worden opgevat als een machtiging door de wetgever om in een dergelijk geval in rechte op te treden.