Artikel 5 Absatz 4 der Europäischen Menschenrechtskonvention bestimmt, dass « jede Person, die festgenommen oder der die Freiheit entzogen ist, [.] das Recht [hat] zu beantragen, dass ein Gericht innerhalb kurzer Frist über die Rechtmässigkeit der Freiheitsentziehung entscheidet und ihre Entlassung anordnet, wenn die Freiheitsentziehung nicht rechtmässig ist ».
Artikel 5. 4 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens bepaalt dat « eenieder die door arrestatie of gevangenhouding van zijn vrijheid is beroofd [.] het recht [heeft] voorziening te vragen bij de rechter opdat deze op korte termijn beslist over de wettigheid van zijn gevangenhouding en zijn invrijheidstelling beveelt, indien de gevangenhouding onrechtmatig is ».