Traduction de «genutzt werden legt » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Vertrieb, bei dem alle Kanäle genutzt werden
meer-kanalendistributie | omni-channel distributie | omni-kanalendistributie

Jeder Mitgliedstaat legt die Sanktionen fest, die bei Verstößen gegen diese Verordnung verhängt werden. Die Sanktionen müssen wirksam, verhältnismäßig und abschreckend sein. Bis zur Annahme etwa erforderlicher entsprechender Rechtsvorschriften finden im Fall von Verstößen gegen diese Verordnung die Sanktionen Anwendung, die von den Mitgliedstaaten zur Durchführung des Artikels [..] der Verordnung [... ] festgelegt wurden.
Elke lidstaat bepaalt welke sancties van toepassing zijn bij inbreuk op de bepalingen van deze verordening. Deze sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. In afwachting van de vaststelling, voor zover nodig, van hiertoe strekkende wetgeving gelden bij inbreuk op deze verordening, in voorkomend geval, de sancties die door de lidstaten zijn vastgesteld ter uitvoering van artikel [...] van Verordening [...].

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

25. verweist darauf, dass der Vertrag von Lissabon neue Bestimmungen zur GSVP für die EU enthält, die noch nicht genutzt werden; legt dem Rat nahe, von Artikel 44 EUV Gebrauch zu machen, der es einer Gruppe dazu bereiter Mitgliedstaaten ermöglicht, die Umsetzung einer GSVP-Aufgabe in Angriff zu nehmen; vertritt die Auffassung, dass der Entscheidungsprozess dringend beschleunigt werden muss; ist der Ansicht, dass die Ad-hoc-Finanzierungsmechanismen für eine militärische Operation mehr abdecken sollten als die herkömmlichen gemeinsamen Kosten, die durch ATHENA erstattet werden;
25. herinnert eraan dat in het Verdrag van Lissabon nieuwe GVDB-bepalingen werden toegevoegd, waarvan de EU de mogelijkheden nog niet heeft benut; spoort de Raad aan gebruik te maken van artikel 44 VEU, waardoor een groep lidstaten die dat willen, GVDB-taken kunnen uitvoeren; is van mening dat er dringend behoefte is aan een sneller besluitvormingsproces; is van mening dat de ad-hocfinancieringsmechanismen voor een militaire operatie meer moeten dekken dan de traditionele gemeenschappelijke kosten die door Athena worden terugbetaald;

26. verweist darauf, dass der Vertrag von Lissabon neue Bestimmungen zur GSVP für die EU enthält, die noch nicht genutzt werden; legt dem Rat nahe, von Artikel 44 EUV Gebrauch zu machen, der es einer Gruppe dazu bereiter Mitgliedstaaten ermöglicht, die Umsetzung einer GSVP-Aufgabe in Angriff zu nehmen; vertritt die Auffassung, dass der Entscheidungsprozess dringend beschleunigt werden muss; ist der Ansicht, dass die Ad-hoc-Finanzierungsmechanismen für eine militärische Operation mehr abdecken sollten als die herkömmlichen gemeinsamen Kosten, die durch ATHENA erstattet werden;
26. herinnert eraan dat in het Verdrag van Lissabon nieuwe GVDB-bepalingen werden toegevoegd, waarvan de EU de mogelijkheden nog niet heeft benut; spoort de Raad aan gebruik te maken van artikel 44 VEU, waardoor een groep lidstaten die dat willen, GVDB-taken kunnen uitvoeren; is van mening dat er dringend behoefte is aan een sneller besluitvormingsproces; is van mening dat de ad-hocfinancieringsmechanismen voor een militaire operatie meer moeten dekken dan de traditionele gemeenschappelijke kosten die door Athena worden terugbetaald;

Diese Richtlinie legt Bestimmungen mit Mindestanforderungen für den Netzbetrieb in der gesamten Europäischen Union (EU) und die grenzübergreifende Zusammenarbeit zwischen den Übertragungsnetzbetreibern („ÜNB“)*fest, wobei die relevanten Merkmale der angeschlossenen Verteilernetzbetreiber („VNB“)* und signifikanten Netznutzer („SNN“)*genutzt werden.
Deze stelt een reeks minimumvereisten vast voor systeembeheer in de gehele Unie, grensoverschrijdende samenwerking tussen transmissiesysteembeheerders (TSB’s)*, met gebruik van de relevante kenmerken van de geconnecteerde distributiesysteembeheerders (DSB’s)* en significante netgebruikers (SNG’s)*

stellt fest, dass die Friedensfazilität für Afrika einen entscheidenden Beitrag zum Ausbau der dreiseitigen Partnerschaft zwischen den Vereinten Nationen, der EU und der AU leistet; vertritt die Auffassung, dass die Fazilität sowohl ein Ausgangspunkt als auch ein möglicher Hebel für die Schaffung einer engeren Partnerschaft zwischen EU und AU ist und sie sich für die AU und — über die AU — für die acht regionalen Wirtschaftsgemeinschaften als unentbehrlich erwiesen hat, was die Planung und Durchführung ihrer Einsätze anbelangt; vertritt die Auffassung, dass es von entscheidender Bedeutung ist, dass die EU-Organe und die Mitgliedstaaten sich weiterhin stark engagieren, wenn die Fazilität vollständig genutzt werden soll, und dass die AU mehr Effizienz und Transparenz bei der Verwendung der Mittel an den Tag legt; ist der Ansicht, dass die Friedensfazilität für Afrika hauptsächlich zur strukturellen Unterstützung und nicht nur für die Finanzierung des Solds afrikanischer Streitkräfte eingesetzt werden sollte; stellt fest, dass noch weitere Finanzierungsinstrumente genutzt werden, vertritt jedoch die Auffassung, dass die Fazilität aufgrund ihrer ausschließlichen Konzentration auf Afrika und ihrer eindeutigen Ziele von besonderer Bedeutung für Friedensunterstützungsmissionen in Afrika ist; ist der Ansicht, dass Organisationen der Zivilgesellschaft, deren Anliegen die Friedenskonsolidierung in Afrika ist, die Gelegenheit eingeräumt werden sollte, ihre Standpunkte einzubringen, und dass dies im Rahmen einer strategischeren Zusammenarbeit mit Organisationen der Zivilgesellschaft in den Bereichen Frieden und Sicherheit erfolgen sollte; ist nach wie vor besorgt angesichts der anhaltenden Probleme im Bereich der Finanzierung und der politischen Bereitschaft seitens der afrikanischen Staaten; nimmt die Schlussfolgerungen des Rates vom 24. September 2012 zur Kenntnis, in denen er „bekräftigt, dass künftig Alternativen zur Finanzierung aus dem Europäischen Entwicklungsfon ...
erkent dat de Vredesfaciliteit voor Afrika een essentiële bijdrage levert aan de ontwikkeling van het trilaterale partnerschap tussen de VN, de EU en de AU; meent dat deze Vredesfaciliteit zowel een startpunt als een mogelijke hefboom is voor een sterker partnerschap tussen de EU en de AU, en onmisbaar is gebleken voor de Afrikaanse Unie en, via de AU, voor de acht regionale economische gemeenschappen, om hun operaties te plannen en te leiden; acht het van vitaal belang dat de EU-instellingen en de lidstaten nauw betrokken blijven bij de Faciliteit, zodat deze optimaal wordt ingezet, en dat de AU niet alleen doeltreffender gebruikt maakt van de middelen van de Faciliteit, maar daarbij ook meer transparantie aan de dag legt; is van mening dat de Vredesfaciliteit voor Afrika zich moet concentreren op structurele ondersteuning, in plaats van op het betalen van de soldij van Afrikaanse strijdkrachten; erkent dat er andere financieringsmechanismen beschikbaar zijn, maar meent dat de Faciliteit gezien haar focus op Afrika en haar duidelijke doelstellingen van bijzonder belang is voor de PSO's in Afrika; meent dat organisaties uit het maatschappelijk middenveld die zich bezighouden met vredesopbouw in Afrika inspraak moeten krijgen, in het kader van een meer strategische samenwerking met deze organisaties op het gebied van vrede en veiligheid; blijft zich zorgen maken over de voortdurende financieringsproblemen van de Afrikaanse landen en over het gebrek aan politieke bereidheid van hun kant; wijst op de conclusies van de Raad van 24 september 2012, waarin wordt gesteld dat moet worden nagedacht over andere financieringsvormen voor de Vredesfaciliteit voor Afrika dan het EOF.

26. fordert den Rat auf, die Einrichtung des Anschubfonds (gemäß Artikel 41 Absatz 3 EUV) für die dringende Finanzierung der Anfangsphasen militärischer Operationen im Laufe dieses Haushaltsjahrs einzuleiten, was auch als starkes Instrument für die Kapazitätsentwicklung dienen könnte; fordert den Rat zudem auf, einen Vorschlag zu unterbreiten, in dem dargelegt wird, wie erreicht werden soll, dass das Europäische Parlament im Fall einer Krise zügig konsultiert werden kann; stellt fest, dass zivile Missionen zwar in den Genuss eines eigenständigen Haushaltsausschusses für vorbereitende Maßnahmen kommen , dass die Entsendung und Wirksamkeit militärischer Missionen jedoch strukturell behindert wird, solange diese Möglichkeit nicht genutzt wird; legt den Mitgliedstaaten mit Nachdruck nahe, die Ständige Strukturierte Zusammenarbeit gemäß Artikel 46 EUV einzuleiten, wodurch auch die dringend erforderliche Verbesserung der Krisenreaktionsfähigkeit der EU deutlich schneller erreicht würde; bedauert in diesem Zusammenhang die inhaltliche Substanzlosigkeit des politischen Rahmens für die systematische und langfristige Verteidigungszusammenarbeit, der am 18. November 2014 vom Rat angenommen wurde, da in dem Dokument lediglich die derzeitigen Verfahren beschrieben werden; fordert die Kommission deshalb auf, einen notwendigen Vorschlag zu unterbreiten, in dem klargestellt wird, wie mit Mitteln aus dem EU-Haushalt eine Ständige Strukturierte Zusammenarbeit aufgebaut und die militärische Zusammenarbeit in Friedenszeiten im Rahmen der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit finanziert werden kann;
26. vraagt de Raad in de loop van dit begrotingsjaar te beginnen met de oprichting van het startfonds (bedoeld in artikel 41, lid 3, VEU) voor de dringende financiering van de beginfasen van militaire operaties, dat ook als sterk instrument voor capaciteitsontwikkeling kan dienst doen; verzoekt de Raad om een voorstel in te dienen over de wijze waarop het Parlement in een crisissituatie snel kan worden geraadpleegd; merkt op dat er een specifiek budget bestaat voor voorbereidingsmaatregelen voor civiele missies, maar dat wat militaire missies betreft het inzetten en de doeltreffendheid structureel verhinderd zullen blijven zolang deze mogelijkheid niet wordt benut; spoort de lidstaten ten zeerste aan de in artikel 46 VEU bedoelde permanente gestructureerde samenwerking aan te gaan, waardoor de dringend noodzakelijke verbetering van het snellereactievermogen van de EU sneller zou worden verwezenlijkt; betreurt in dat opzicht het gebrek aan inhoud in het beleidskader van de Raad voor systematische defensiesamenwerking op de lange termijn, dat op 18 november werd aangenomen, aangezien in het document enkel de huidige praktijken worden beschreven; verzoekt de Commissie daarom om het benodigde voorstel in te dienen om te verduidelijken hoe de EU-begroting de oprichting van de permanente gestructureerde samenwerking (PESCO) en de werkzaamheden op het gebied van militaire samenwerking in vredestijd binnen het PESCO-kader kan bevorderen;

27. fordert den Rat auf, die Einrichtung des Anschubfonds (gemäß Artikel 41 Absatz 3 EUV) für die dringende Finanzierung der Anfangsphasen militärischer Operationen im Laufe dieses Haushaltsjahrs einzuleiten, was auch als starkes Instrument für die Kapazitätsentwicklung dienen könnte; fordert den Rat zudem auf, einen Vorschlag zu unterbreiten, in dem dargelegt wird, wie erreicht werden soll, dass das Europäische Parlament im Fall einer Krise zügig konsultiert werden kann; stellt fest, dass zivile Missionen zwar in den Genuss eines eigenständigen Haushaltsausschusses für vorbereitende Maßnahmen kommen , dass die Entsendung und Wirksamkeit militärischer Missionen jedoch strukturell behindert wird, solange diese Möglichkeit nicht genutzt wird; legt den Mitgliedstaaten mit Nachdruck nahe, die Ständige Strukturierte Zusammenarbeit gemäß Artikel 46 EUV einzuleiten, wodurch auch die dringend erforderliche Verbesserung der Krisenreaktionsfähigkeit der EU deutlich schneller erreicht würde; bedauert in diesem Zusammenhang die inhaltliche Substanzlosigkeit des politischen Rahmens für die systematische und langfristige Verteidigungszusammenarbeit, der am 18. November 2014 vom Rat angenommen wurde, da in dem Dokument lediglich die derzeitigen Verfahren beschrieben werden; fordert die Kommission deshalb auf, einen notwendigen Vorschlag zu unterbreiten, in dem klargestellt wird, wie mit Mitteln aus dem EU-Haushalt eine Ständige Strukturierte Zusammenarbeit aufgebaut und die militärische Zusammenarbeit in Friedenszeiten im Rahmen der Ständigen Strukturierten Zusammenarbeit finanziert werden kann;
27. vraagt de Raad in de loop van dit begrotingsjaar te beginnen met de oprichting van het startfonds (bedoeld in artikel 41, lid 3, VEU) voor de dringende financiering van de beginfasen van militaire operaties, dat ook als sterk instrument voor capaciteitsontwikkeling kan dienst doen; verzoekt de Raad om een voorstel in te dienen over de wijze waarop het Parlement in een crisissituatie snel kan worden geraadpleegd; merkt op dat er een specifiek budget bestaat voor voorbereidingsmaatregelen voor civiele missies, maar dat wat militaire missies betreft het inzetten en de doeltreffendheid structureel verhinderd zullen blijven zolang deze mogelijkheid niet wordt benut; spoort de lidstaten ten zeerste aan de in artikel 46 VEU bedoelde permanente gestructureerde samenwerking aan te gaan, waardoor de dringend noodzakelijke verbetering van het snellereactievermogen van de EU sneller zou worden verwezenlijkt; betreurt in dat opzicht het gebrek aan inhoud in het beleidskader van de Raad voor systematische defensiesamenwerking op de lange termijn, dat op 18 november werd aangenomen, aangezien in het document enkel de huidige praktijken worden beschreven; verzoekt de Commissie daarom om het benodigde voorstel in te dienen om te verduidelijken hoe de EU-begroting de oprichting van de permanente gestructureerde samenwerking (PESCO) en de werkzaamheden op het gebied van militaire samenwerking in vredestijd binnen het PESCO-kader kan bevorderen;

Auf der Grundlage dieses Berichts und nach Beratung mit der EZB legt die Kommission dem Europäischen Parlament und dem Rat bis zum 31. Dezember 2014 einen Bericht darüber vor, inwieweit solche Refinanzierungsgeschäfte und Unterstützungsmaßnahmen in Form von Zentralbankfinanzierung von in der Union zugelassenen Kreditinstituten genutzt werden und welche Vorteile sie daraus ziehen, gegebenenfalls zusammen mit einem Gesetzgebungsvorschlag über die Nutzung solch Refinanzierungsgeschäfte und Unterstützungsmaßnahmen in Form von Zentralbankfinanzierung.
Uiterlijk op 31 december 2014 dient de Commissie, op basis van dat verslag en na overleg met de Europese Centrale Bank, bij het Europees Parlement en bij de Raad een verslag in over het feitelijke gebruik dat wordt gemaakt van en de voordelen die worden gehaald uit deze herfinancieringstransacties en financieringsondersteuningsmaatregelen voor kredietinstellingen waaraan in de Unie vergunning is verleend, in voorkomend geval vergezeld met een wetgevingsvoorstel betreffende het gebruik dat wordt gemaakt van deze herfinancieringstransacties en financieringsondersteuningsmaatregelen.

15. BEGRÜSST die Verwendung von sachstands- und trendbezogenen Governance-Profilen; LEGT jedoch NACHDRUCK DARAUF, dass die Profile die nationalen Entwicklungspläne und ­indikatoren widerspiegeln sollten; ERSUCHT die Kommission und die Mitgliedstaaten im Rahmen ihrer jeweiligen Zuständigkeiten um aktive Zusammenarbeit bei der Entwicklung der Profile und Bewertungskriterien sowohl auf zentraler Ebene als auch vor Ort, damit diese auch von den Mitgliedstaaten im Rahmen ihrer bilateralen Strategien, Politiken und Programme genutzt werden können;
15. JUICHT het gebruik van op de huidige situatie en trends gebaseerde bestuursprofielen TOE; WIJST er evenwel op dat deze een weergave moeten zijn van de nationale ontwikkelingsplannen en -indicatoren; VERZOEKT de Commissie en de lidstaten, binnen hun respectieve bevoegdheden, zowel op centraal niveau als in het veld daadwerkelijk samen te werken aan de opstelling van de profielen en de evaluatiecriteria om ervoor te zorgen dat de lidstaten ze ook kunnen gebruiken in hun bilaterale strategieën, beleidsmaatregelen en programma's;

(2) Der Mitgliedstaat legt die Hektarzahl fest, die gemäß Absatz 1 des vorliegenden Artikels genutzt werden kann, indem er anhand objektiver Kriterien die durchschnittliche Hektarzahl, die für die Produktion der in Absatz 1 genannten Erzeugnisse auf nationaler Ebene im Dreijahreszeitraum 2000-2002 genutzt wurde, auf die gemäß Artikel 58 Absatz 2 festgelegten Regionen aufteilt.
2. De lidstaat stelt het aantal hectaren vast dat volgens lid 1 mag worden gebruikt, door onder de regio's in de zin van artikel 58, lid 2, volgens objectieve criteria het gemiddelde aantal hectaren te verdelen dat op nationaal niveau tijdens de driejarige periode 2000-2002 gebruikt werd voor de productie van de in de eerste alinea bedoelde producten.

„6 a. Die Kommission legt bis zum [Datum] einen Bericht über Patienteninformationen vor, worin insbesondere untersucht wird, wie Websites genutzt werden oder genutzt werden können, um Informationen über ein Spektrum von Behandlungen, einschließlich medikamentöser Behandlungen, zu geben, und worin, wenn eine offizielle Zulassung für diese Informationsquelle vorliegt, die Frage der Haftung angesprochen wird.
6 bis. Tegen [datum] legt de Commissie een verslag voor over de informatievoorziening van patiënten, waarin specifiek aandacht wordt besteed aan de wijze waarop websites worden of kunnen worden gebruikt om informatie te verstrekken over een reeks behandelingen - waaronder ook medicamenteuze - en waarin - voor zover de bewuste informatiebron formeel is erkend - ook het aansprakelijkheidsaspect aan de orde komt.