7. ist sich des Interesses der Gemeinschaft bewusst, eine aktive Politik zu betreiben, um die Einhaltung des im Rahmen der Vereinten Nationen bestehenden internationalen Seerechts zur Schaffung einer nachhaltigen Fischerei zu verstärken, dessen wichtigsten Instrumente das Seerechtsübereinkommen der Vereinten Nationen vom 10. Dezember 1982, das so genannte New Yorker Übereinkommen vom 4. August 1995 über gebietsübergreifende Fischbestände und Bestände weitwandernder Fische und die auf der UN-Konferenz über nachhaltige Entwicklung von 2002 in Johannesburg getroffenen Vereinbarungen sind;
7. beseft dat de Gemeenschap er belang bij heeft een actief beleid te voeren, gericht op een versterkte naleving van het internationale recht onder auspiciën van de VN, met het oog op ontwikkeling van een duurzame visserij en met als belangrijkste instrumenten het VN-Verdrag inzake het zeerecht van 10 december 1982 en het zogeheten akkoord van New York van 4 augustus 1995 betreffende transzonale en sterk migrerende soorten en de afspraken gemaakt op de VN-Conferentie voor duurzame ontwikkeling in Johannesburg in 2002;