22. betont die Bedeutung des gastronomischen Erbes, das geschützt und gefördert werden muss; ist der Auffassung, dass die für diesen Zweck zugewiesenen Mittel im Zusammenspiel mit anderen Politikbereichen der EU wie der Gemeinsamen Agrarpolitik und der Verbraucherschutzpolitik besser eingesetzt werden können;
22. onderstreept het belang van het gastronomisch erfgoed, dat moet worden beschermd en gesteund; is van mening dat de wisselwerking met ander beleid van de EU, zoals het gemeenschappelijk landbouwbeleid en het beleid voor consumentenbescherming, het mogelijk zal maken de hieraan toegewezen middelen te optimaliseren;