Vertaling van "gegenseitige bewertung " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Bewertung des Vermögens | Bewertung von Aktiva | Bewertung von Vermögenswerten
waardering van activa

gegenseitige Authentifizierung | gegenseitige Authentikation | gegenseitige Authentisierung
wederzijdse authenticatie

Bewertung durch die oberste Leitung (nom féminin) | Bewertung durch die Organisationsleitung (nom féminin) | Managementprüfung (nom féminin)
managementtoetsing (nom féminin)

gegenseitige Unterstützung [ Beistandsverpflichtung | Klausel über die gegenseitige Verteidigung | Solidaritätsklausel ]
wederzijdse bijstand [ clausule inzake wederzijdse defensie | wederzijdse solidariteit ]

Projektanalyse [ Beurteilung eines Projektes | Bewertung eines Projektes | Programmanalyse ]
projectevaluatie [ evaluatie van een programma | projectbeoordeling ]

Bewertung von Bedrohungen | Bewertung von Drohungen
beoordeling van bedreiging

Normative Bewertung (élément)
Summatieve evaluatie (élément)

Bewertung mit dem Marktpreis
Evaluatie van de marktwaarde | Waardering tegen de marktprijs

Bewertung
evaluatie

Bewertung der Hilfe
evaluatie van de steun

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

* Bewertung des Lernens: Die Vorschläge können nicht nur die Identifizierung, Bewertung und Anerkennung des nicht-formalen und informellen Lernens betreffen, sondern auch die Übertragung und gegenseitige Anerkennung von Qualifikationsnachweisen und Berufsabschlüssen.
* Leren waarderen: de voorstellen kunnen bijdragen tot de vaststelling, beoordeling en erkenning van het leren in niet-formele en informele settings, alsmede tot de overdracht en wederzijdse erkenning van officiële getuigschriften en diploma's.

stellt fest, dass die Berichtspflichten im Energiebereich als Teil eines Rahmens für die Bewertung des Fortschritts im Hinblick auf die Umsetzung der existierenden EU-Rechtsvorschriften zur Energieeffizienz von grundlegender Bedeutung sind; bedauert jedoch, dass den Unternehmen, Verbrauchern und Behörden übermäßige Berichtspflichten auferlegt werden, auch durch zusätzliche Anforderungen der Mitgliedstaaten, wodurch das Potenzial für Wachstum und Innovation begrenzt wird; betont, dass die Berichtspflichten möglichst vereinfacht werden sollten, um den bürokratischen Aufwand und die Kosten zu verringern; kritisiert, dass die im Rahmen der Berichterstattung übermittelten Daten aufgrund verschiedener nationaler Aufschlüsselungen, Methoden und Standards in der EU oft nicht vergleichbar sind; fordert die Kommission auf, den bürokratischen Aufwand im Zusammenhang mit den Berichtspflichten beispielsweise durch digitale Lösungen zu verringern und weitere Leitlinien zur Vergleichbarkeit und besseren Auswertung von Daten festzulegen; fordert, dass die Prognosen zur Energienachfrage mit einem kosteneffektiven Einsparpotenzial in wichtigen Sektoren in Einklang gebracht werden, und ist der Auffassung, dass die Verringerung des bürokratischen Aufwands die Umsetzung von Energieeffizienzmaßnahmen beschleunigen wird; weist darauf hin, dass die Anwendung des Grundsatzes „Energieeffizienz an erster Stelle“ die Überarbeitung der Energieplanung und Berichterstattung und die Verbesserung der Politikkohärenz erfordert, um sicherzustellen, dass sie sich gegenseitig stärken, unter Anerkennung dessen, dass Energiesparen die erste und sicherste Energiequelle Europas ist; weist darauf hin, dass die Energieeffizienz die beste Investition in eine „Energiequelle“ darstellt, die die Bezahlbarkeit der Energie verbessert, die Notwendigkeit zusätzlicher und kostenintensiver angebotsseitiger Infrastruktur senkt und den Klimawandel bekämpft.
merkt op dat rapportageverplichtingen op energiegebied als onderdeel van een kader essentieel zijn om de voortgang en de uitvoering van de bestaande wetgeving inzake energie-efficiëntie te beoordelen; betreurt evenwel de buitensporige rapportageverplichtingen die ook door overijverige lidstaten aan ondernemingen, consumenten en overheidsdiensten worden opgelegd en die de mogelijkheden voor groei en innovatie beperken; onderstreept dat de rapportageverplichtingen waar mogelijk moeten worden vereenvoudigd om de administratieve lasten en kosten terug te dringen; uit kritiek op het feit dat de gegevens die via rapportage worden verkregen, vaak niet vergelijkbaar zijn in de EU als gevolg van verschillende uitsplitsingen, methoden en normen; verzoekt de Commissie om ook door middel van digitale oplossingen de administratieve lasten in verband met rapportageverplichtingen te verminderen en met het oog op een betere evaluatie van de gegevens meer richtsnoeren voor de vergelijkbaarheid van die gegevens op te stellen; pleit voor het in overeenstemming brengen van de verwachte energievraag met het kostenefficiënte besparingspotentieel in belangrijke sectoren en is van mening dat door een vermindering van de bureaucratie energie-efficiëntiemaatregelen sneller kunnen worden uitgevoerd; merkt op dat de toepassing van het beginsel „voorrang voor energie-efficiëntie” de herziening van energieplanning en -rapportage en de verbetering van de beleidscoherentie vereist om hun wederzijdse versterking te waarborgen, in het besef dat energiebesparing Europa's eerste en meest betrouwbare energiebron is; merkt op dat energie-efficiëntie de beste investering in een „energiebron” kan zijn: energie wordt betaalbaarder, er is minder behoefte aan aanvullende en dure infrastructuur aan de aanbodzijde en het helpt de klimaatverandering tegengaan.

53. weist nachdrücklich auf die mit der Dienstleistungsrichtlinie zur Verfügung gestellte gegenseitige Bewertung als einem innovativen Weg für den Einsatz von Gruppendruck zur Verbesserung der Qualität der Umsetzung hin; unterstützt gegebenenfalls die gegenseitige Bewertung in anderen Bereichen, beispielsweise im Bereich der Freizügigkeit von Waren;
53. wijst op de procedure van wederzijdse beoordeling waarin de dienstenrichtlijn voorziet als innovatief middel om van intercollegiale toetsing gebruik te maken voor de verbetering van de omzettingskwaliteit; is er voorstander van om in voorkomend geval de procedure van wederzijdse beoordeling ook op andere terreinen toe te passen, bijv. bij het vrije verkeer van goederen;

99. weist darauf hin, dass der Präsident des Rechnungshofs in seiner Rede vor dem zuständigen Ausschuss vom 14. November 2005 in Straßburg mitteilte, der Rechnungshof sei im Begriff, eine Selbstbewertung seiner Organisation und Arbeitsmethoden vorzunehmen, der eine gegenseitige Bewertung folgen solle; stellt fest, dass seit Errichtung des Rechnungshofes 1977 keine unabhängige Überprüfung von dessen Arbeit erfolgte; begrüßt die Initiative und vermerkt, das die gegenseitige Bewertung eine externe Überprüfung sein wird, wie sie derzeit in mehreren Mitgliedstaaten praktiziert wird, und dass das Ziel darin besteht, Qualität und Relevanz der Tätigkeit des Rechnungshofs zu prüfen und klar anzugeben, wo der Rechnungshof von anderen lernen könnte, darunter auch von Mitgliedstaaten und sonstigen Staaten, wie z.B. den Vereinigten Staaten und Neuseeland;
99. herinnert eraan dat de President van de Rekenkamer in zijn toespraak aan de bevoegde commissie van het Parlement op 14 november 2005 te Straatsburg heeft opgemerkt dat de Rekenkamer "bezig is met de voorbereiding van een interne beoordeling van zijn organisatie en werkwijzen, die gevolgd zal worden door een collegiale toetsing"; merkt op dat er sinds de oprichting van de Rekenkamer in 1977 geen onafhankelijke beoordeling van zijn werkzaamheden is geweest; verwelkomt dit initiatief en begrijpt dat de bedoelde collegiale toetsing een externe toetsing zal zijn, zoals deze momenteel reeds in bepaalde lidstaten plaatsvindt, en dat deze ten doel heeft de kwaliteit en relevantie van de werkzaamheden van de Rekenkamer te onderzoeken en aan te geven op welke punten de Rekenkamer van anderen kan leren, zowel van de lidstaten als van andere landen zoals de Verenigde Staten en Nieuw-Zeeland;

90. weist darauf hin, dass der Präsident des Rechnungshofs in seiner Rede im zuständigen Ausschuss vom 14. November 2005 in Straßburg mitteilte, der Rechnungshof sei im Begriff, eine Selbstbewertung seiner Organisation und Arbeitsmethoden vorzunehmen, der eine gegenseitige Bewertung folgen solle; stellt fest, dass seit Errichtung des Hofes 1977 keine unabhängige Überprüfung von dessen Arbeit erfolgte; begrüßt die Initiative und vermerkt, das die gegenseitige Bewertung eine externe Überprüfung sein wird, wie sie derzeit in mehreren Mitgliedstaaten praktiziert wird, und dass das Ziel darin besteht, Qualität und Relevanz der Tätigkeit des Rechnungshofs zu prüfen und klar anzugeben, wo der Hof von anderen lernen könnte, darunter auch von Mitgliedstaaten und sonstigen Staaten, wie z.B. den Vereinigten Staaten und Neuseeland;
90. herinnert eraan dat de voorzitter van de Rekenkamer in zijn toespraak aan de bevoegde commissie van het Parlement op 14 november 2005 te Straatsburg heeft opgemerkt dat de Rekenkamer "bezig is met de voorbereiding van een interne beoordeling van zijn organisatie en werkwijzen, die gevolgd zal worden door een collegiale toetsing"; merkt op dat er sinds de oprichting van de Rekenkamer in 1977 geen onafhankelijke beoordeling van zijn werkzaamheden is geweest; verwelkomt dit initiatief en begrijpt dat de bedoelde collegiale toetsing een externe toetsing zal zijn, zoals deze momenteel reeds in bepaalde lidstaten plaatsvindt, en dat deze ten doel heeft de kwaliteit en relevantie van de werkzaamheden van de Rekenkamer te onderzoeken en aan te geven op welke punten de Rekenkamer van anderen kan leren, zowel van de lidstaten als van andere landen zoals de Verenigde Staten en Nieuw-Zeeland;

Sie führte eine gegenseitige Bewertung nationaler berufsrechtlicher Regelungen sowie eine Initiative zur Erhöhung der Transparenz (d. h. Überprüfung der Zugangsbeschränkungen zu bestimmten Berufen und eine Analyse ihrer Notwendigkeit) ein.
Ze voert een wederzijdse beoordeling in van nationale beroepsregelingen en een transparantie-oefening (d.w.z. het doorlichten van de toegangsbeperkingen tot beroepen en het analyseren van de noodzaak ervan).

‑ unter Hinweis darauf, dass in dem Entwurf eines Vertrags für eine Verfassung (Artikel III-260) und im Haager Programm (Punkt 3.2.) anerkannt wird, wie wichtig die gegenseitige Bewertung durch die Mitgliedstaaten ist, um das gegenseitige Vertrauen zu stärken, und dass die Hilfsmittel und Verfahren festgelegt werden müssen, die am geeignetsten für eine solche Bewertung und für eine Stärkung des Informationsaustauschs und der Fortbildungsmöglichkeiten zugunsten der Qualität der Strafjustiz in Europa sind,
– eraan herinnerend dat in het Ontwerpverdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa (artikel III-260) en in het Haags programma (punt 3.2) het belang wordt erkend van een wederzijdse evaluatie tussen de lidstaten om het wederzijds vertrouwen te vergroten en overwegende dat er betere instrumenten en procedures moeten worden ontwikkeld om deze evaluatie mogelijk te maken en de uitwisseling van informatie en de scholingsmogelijkheden uit te breiden ten einde de kwaliteit van de strafrechtspleging in Europa te verbeteren,

Frage 36: Sollte ein Netz an Kontaktstellen eingerichtet werden, um die praktische Anwendung eines möglichen Rechtsakts der Europäischen Union über die gegenseitige Anerkennung strafrechtlicher Sanktionen und die Überstellung von Häftlingen zu erleichtern oder sogar zu deren Bewertung beizutragen?
Vraag 36: Moet een netwerk van contactpunten worden opgezet teneinde de toepassing en de evaluatie van een eventueel wetgevingsinstrument van de Europese Unie inzake de wederzijdse erkenning van strafrechtelijke sancties en de overbrenging van gedetineerden te vergemakkelijken?

Frage 36 (siehe 4.2.3): Sollte ein Netz an Kontaktstellen eingerichtet werden, um die praktische Anwendung eines möglichen Rechtsakts der Europäischen Union über die gegenseitige Anerkennung strafrechtlicher Sanktionen und die Überstellung von Häftlingen zu erleichtern oder sogar zu deren Bewertung beizutragen?
Vraag 36 (zie punt 3.2.3.2.): Moet een netwerk van contactpunten worden opgezet teneinde de toepassing en de evaluatie van een eventueel wetgevingsinstrument van de Europese Unie inzake de wederzijdse erkenning van strafrechtelijke sancties en de overbrenging van gedetineerden te vergemakkelijken?