Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «gegen getrennte steuer befasst wurde » (Allemand → Néerlandais) :

Artikel 219 Absatz 7 des EStGB 1992 in der durch Artikel 30 des Programmgesetzes vom 19. Dezember 2014 abgeänderten Fassung kann jedoch auch anders ausgelegt werden, nämlich in dem Sinn, dass diese Bestimmung nicht dagegen spricht, dass der vorlegende Richter, der mit einer Beschwerde gegen eine getrennte Steuer befasst wurde, die in dieser Bestimmung vorgesehene Ausnahme auf die Fälle begrenzen kann, in denen die eindeutige Identifizierung des Empfängers innerhalb der Frist von zwei Jahren und sechs Monaten es der Steuer ...[+++]

Artikel 219, zevende lid, van het WIB 1992, zoals gewijzigd bij artikel 30 van de programmawet van 19 december 2014, kan evenwel anders worden geïnterpreteerd, namelijk in die zin dat die bepaling zich niet ertegen verzet dat de verwijzende rechter bij wie een beroep wordt ingesteld tegen een afzonderlijke aanslag, de uitzondering waarin die bepaling voorziet kan beperken tot de gevallen waarin een ondubbelzinnige identificatie van de verkrijger binnen de termijn van twee jaar en zes maanden d ...[+++]


In dieser Auslegung entsprechen die fraglichen Bestimmungen der Absicht des Gesetzgebers, der während der Vorarbeiten angegeben hat, dass die Möglichkeit des Richters, der mit der Beschwerde gegen die Verweigerungsentscheidung befasst wurde, die Frist von sechs Monaten zu verlängern, es ermöglichte, ' auf diese Weise zu vermeiden, dass die Parteien ein zweites Mal eine Ankündigung vornehmen müssen ' (Parl. Dok., Senat, 1998-1999, N ...[+++]

In die interpretatie stemmen de in het geding zijnde bepalingen overeen met de wil van de wetgever, die tijdens de parlementaire voorbereiding heeft aangegeven dat de mogelijkheid, voor de rechter bij wie het beroep tegen de weigeringsbeslissing is ingesteld, om de termijn van zes maanden te verlengen, kon ' voorkomen dat partijen voor een tweede maal een aangifte dienen te doen ' (Parl. St., Senaat, 1998-1999, nr. 1-512/4, p. 12).


Die fraglichen Bestimmungen können so ausgelegt werden, dass, wenn der Standesbeamte und gegebenenfalls der Prokurator des Königs beschließen, die Eheschließung aufzuschieben, die Höchstfrist für die Eheschließung vom Amts wegen verlängert wird, bis der Standesbeamte sich einverstanden erklärt, die Trauung vorzunehmen, oder wenn er dies verweigert, bis der Richter, der rechtsgültig mit einer Beschwerde gegen die Entscheidung befasst wurde, über die Klage und gegebenenfalls über eine Verlängerung der vorerwähnten Frist urteilt.

De in het geding zijnde bepalingen kunnen zo worden geïnterpreteerd dat, ingeval de ambtenaar van de burgerlijke stand en in voorkomend geval de procureur des Konings, tot uitstel van het huwelijk beslissen de maximale termijn voor het voltrekken van het huwelijk ambtshalve wordt verlengd tot de ambtenaar van de burgerlijke stand aanvaardt om het huwelijk te voltrekken of, indien hij dat weigert, tot de rechter bij wie geldig een beroep tegen die beslissing is ingesteld, zich uitspreekt over de vordering en in voo ...[+++]


In dieser Auslegung entsprechen die fraglichen Bestimmungen der Absicht des Gesetzgebers, der während der Vorarbeiten angegeben hat, dass die Möglichkeit des Richters, der mit der Beschwerde gegen die Verweigerungsentscheidung befasst wurde, die Frist von sechs Monaten zu verlängern, es ermöglichte, « auf diese Weise zu vermeiden, dass die Parteien ein zweites Mal eine Ankündigung vornehmen müssen » (Parl. Dok., Senat, 1998-1999, N ...[+++]

In die interpretatie stemmen de in het geding zijnde bepalingen overeen met de wil van de wetgever, die tijdens de parlementaire voorbereiding heeft aangegeven dat de mogelijkheid, voor de rechter bij wie het beroep tegen de weigeringsbeslissing is ingesteld, om de termijn van zes maanden te verlengen, kon « voorkomen dat partijen voor een tweede maal een aangifte dienen te doen » (Parl. St., Senaat, 1998-1999, nr. 1-512/4, p. 12).


Aus dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage und aus der Vorlageentscheidung geht hervor, dass der Richter mit einer Berufung gegen eine Entscheidung befasst wurde, die ein Friedensrichter am 4. September 2014, also nach dem Inkrafttreten der Artikel 136 und 274 des Gesetzes vom 30. Juli 2013 zur Schaffung eines Familien- und Jugendgerichts, getroffen hat.

Uit de bewoordingen van de prejudiciële vraag en uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat bij de rechter hoger beroep is ingesteld tegen een beslissing die door een vrederechter werd gewezen op 4 september 2014, zijnde na de inwerkingtreding van de artikelen 136 en 274 van de wet van 30 juli 2013 betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank.


Artikel 7 des Gesetzes vom 23. Dezember 1986 bestimmte: « Insofern der Wert des Antrags mindestens 10 000 Franken beträgt, kann gegen den Beschluss des Ständigen Ausschusses Beschwerde beim Appellationshof des Bereichs, in dem die Steuer erhoben wurde, eingelegt werden; der König kann diesen Betrag durch einen im Ministerrat beratenen Erlass ändern.

Artikel 7 van de wet van 23 december 1986 bepaalde : « Voor zover de waarde van de aanvraag ten minste 10 000 F bedraagt, kan tegen de beslissing van de bestendige deputatie beroep worden ingesteld bij het hof van beroep in het rechtsgebied waarvan de belasting is geheven; de Koning kan dit bedrag bij een in Ministerraad overlegd besluit wijzigen.


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 6. Mai 2015 in Sachen K.F. gegen P.P. und D.H., dessen Ausfertigung am 18. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 318 des Zivilgesetzbuches dadurch, dass er bestimmt, dass die Klage desjenigen, der die Vater ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 6 mei 2015 in zake K.F. tegen P.P. en D.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 318 van het Burgerlijk Wetboek, in zoverre het bepaalt ...[+++]


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 20. April 2016 in Sachen des belgischen Staates gegen die « Etablissements Jean Wust » AG, in Anwesenheit der « CBC Banque » AG, und in Sachen der « Etablissements Jean Wust » AG gegen die « CBC Banque » AG, in Anwesenheit des belgischen Staates, dessen Ausfertigung am 4. Mai 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Lüttich folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 251 des Einkommensteuergesetzbuch ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 20 april 2016 in zake de Belgische Staat tegen de nv « Etablissements Jean Wust », in aanwezigheid van de nv « CBC Banque », en in zake de nv « Etablissements Jean Wust » tegen de nv « CBC Banque », in aanwezigheid van de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 mei 2016, heeft het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 251 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (thans artikel 346 van het Wetboek van de inkomstenb ...[+++]


Der Gerichtshof wird zu Artikel 171 Nr. 6 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 (nachstehend: EStGB 1992) in der auf die Steuerjahre 2011 und 2012 anwendbaren Fassung befragt, der bestimmt: « In Abweichung von den Artikeln 130 bis 168 sind getrennt steuerpflichtig, außer wenn die derart berechnete Steuer erhöht um die Steuer in Bezug auf die anderen Einkünfte ...[+++]

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over artikel 171, 6°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992), zoals het van toepassing was op de aanslagjaren 2011 en 2012, dat bepaalt : « In afwijking van de artikelen 130 tot 168, zijn afzonderlijk belastbaar, behalve wanneer de aldus berekende belasting, vermeerderd met de belasting betreffende de andere inkomsten, meer bedraagt dan die welke zou voortvloeien uit de toepassing van de evenvermelde artikelen op het geheel van de belastbare inkomsten : ...[+++]


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 17. März 2016 in Sachen Fabian Dubucq gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 21. März 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Lüttich folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 82 Absatz 2 des Konkursgesetzes vom 8. August 1997, dahin ausgelegt, dass der Ehepartner oder der gesetzlich zusammenwohnende Partner des für entschuldbar erklärten Konkursschuldners in Steuersachen nur ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 17 maart 2016 in zake Fabian Dubucq tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 maart 2016, heeft het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 82, tweede lid, van de faillissementswet van 8 augustus 1997, in die zin geïnterpreteerd dat de echtgenoot of de wettelijk samenwonende van de verschoonbaar verklaarde gefailleerde, in fiscale zaken, alleen kan worden bevrijd v ...[+++]


w