Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «gegen steuerbescheid eingereicht werden » (Allemand → Néerlandais) :

Der Rat urteilt als Verwaltungsgericht über die Beschwerden, die durch Studenten oder Personen, auf die sich die Entscheidung bezieht, gegen Studienfortgangsentscheidungen eingereicht werden, nachdem das in Abschnitt 2 vorgesehene interne Beschwerdeverfahren ausgeschöpft wurde.

De Raad doet als administratief rechtscollege uitspraak over de beroepen die door studenten of personen op wie de beslissing betrekking heeft, worden ingesteld tegen studievoortgangsbeslissingen, na uitputting van de in afdeling 2 bedoelde interne beroepsprocedure.


« Verstößt Artikel 39/82 § 1 und § 4 Absatz 2 des Gesetzes vom 15. Dezember 1980 über die Einreise ins Staatsgebiet, den Aufenthalt, die Niederlassung und das Entfernen von Ausländern gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 47 der Charta der Grundrechte der Europäischen Union, insofern ein Antrag auf Aussetzung in äußerster Dringlichkeit nur von Ausländern eingereicht werdennnte, gegen die eine Entfernungs- oder Abweisungsmaßnahme gefasst worden ist, deren Ausführ ...[+++]

« Schendt artikel 39/82, § 1 en § 4, 2e lid van de Wet van 15 december [1980] betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 47 van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie, in de mate dat een vordering tot schorsing in uiterst dringende noodzakelijkheid enkel zou kunnen ingediend worden door vreemdelingen die het voorwerp uitmaken van een verwijderings- of terugdrijvingsmaat ...[+++]


« Widersprüche müssen mit Gründen versehen sein und zur Vermeidung des Verfalls spätestens am 30. April des Jahres, das demjenigen folgt, in dem die Steuer festgelegt worden ist, ohne dass die Frist jedoch weniger betragen darf als sechs Monate ab dem Datum des Steuerbescheids oder des Veranlagungsbescheids oder ab dem Datum der Erhebung der Steuern auf andere Weise als per Heberolle eingereicht werden ».

« De bezwaarschriften moeten worden gemotiveerd en op straffe van verval ingediend uiterlijk op 30 april van het jaar dat volgt op datgene waarin de belasting is gevestigd, zonder dat de termijn nochtans minder dan zes maanden mag bedragen vanaf de datum van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de inning der belastingen op een andere wijze dan per kohier ».


« Verstößt Artikel 11 § 5 des Gesetzes vom 19. Dezember 2003 über den Europäischen Haftbefehl, inspiriert von Artikel 35 § 4 des Gesetzes vom 20. Juli 1990 über die Untersuchungshaft, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern dieser Artikel keine Beschwerdemöglichkeit gegen die Entscheidung (des Untersuchungsgerichts) bezüglich der Zuteilung der Kaution an den Staat vorsieht, während gegen die in Anwendung der Artikel 35 und 36 des besagten Gesetzes vom 20. Juli 1990 getroffenen Entscheidungen kraft Artikel 37 dieses Gesetzes dieselben Beschwerden ...[+++]eingereicht werden können wie gegen die in Sachen Untersuchungshaft getroffenen Entscheidungen?

« Schendt artikel 11, § 5, van de wet van 19 december 2003 betreffende het Europees aanhoudingsbevel, dat geïnspireerd is op artikel 35, § 4, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre dat artikel niet voorziet in de mogelijkheid van beroep tegen de beslissing (van het onderzoeksgerecht) met betrekking tot de toewijzing van de borgsom aan de Staat, terwijl tegen de beslissingen genomen ter uitvoering van de artikelen 35 en 36 van de genoemde wet van 20 juli 1990, krachtens artikel 37 van die wet, dezelfde rechtsmiddelen openstaan als tegen de beslissingen die inzake voorlopige ...[+++]


In einem Entscheid vom 4. Juni 2015 vertrat er den Standpunkt, « dass im Gegensatz zu dem Fall, in dem die Gegenpartei die angefochtene Entscheidung verteidigt und Erwiderungs- und Replikschriftsätze eingereicht werden, kein Anlass zu einer Synthese besteht, wenn, wie in diesem Fall, die Gegenpartei keinen Erwiderungsschriftsatz einreicht, also wenn keinem Argument gegen die Klagegründe, die der Kläger in der Antragschrift darlegt, widersprochen wird oder wenn die Einsichtnahme der Akte nicht zu neuen Erwägungen ...[+++]

In een arrest van 4 juni 2015 was hij van oordeel « dat in tegenstelling tot het geval waarin de tegenpartij de bestreden beslissing verdedigt en waarin memories van antwoord en van wederantwoord worden ingediend, er geen reden is tot synthese wanneer, zoals te dezen, de tegenpartij geen memorie van antwoord indient, indien dus geen enkel argument wordt tegengeworpen tegen de middelen die door de verzoeker in het verzoekschrift worden uiteengezet, of indien de raadpleging van het dossier niet leidt tot enige nieuwe overweging bij de v ...[+++]


3. Verstößt Artikel 204 des Strafprozessgesetzbuches in der durch das Gesetz vom 5. Februar 2016 zur Abänderung des Strafrechts und des Strafprozessrechts und zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich der Justiz abgeänderten Fassung, in Verbindung mit den Artikeln 203, 205 und 210 des Strafprozessgesetzbuches, gegen die Grundrechte und -freiheiten im Sinne von Titel II der Verfassung (insbesondere die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung) sowie Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention, wenn er dahin ausgelegt wird, dass in dem Fall, dass mittels der in Artikel 203 des Strafprozessgesetzbuches erwähnten Erk ...[+++]

3. Schendt artikel 204 Wetboek van Strafvordering, zoals gewijzigd door de wet van 05.02.2016 tot wijziging van het strafrecht en de strafvordering en houdende diverse bepalingen inzake justitie, samen gelezen met de artikelen 203, 205 en 210 Wetboek van Strafvordering, de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in die zin geïnterpreteerd dat, indien hoger beroep wordt ingesteld volgens de in artikel 203 Wetboek van Strafvordering bedoelde verklaring, wat als akte van hoger beroep open staat voor alle partijen die principaal hoger beroep instellen, het grievenverzoekschrift moet worden ...[+++]


Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 30. April 2015 in Sachen S.B. gegen C.R. und R.B sowie in Sachen S.B, H.D. und R.B. - freiwillig intervenierende Partei: C.R. -, dessen Ausfertigung am 26. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Dendermonde, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 330 § 1 Absatz 4 des ...[+++]

Snappe, E. Derycke, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 30 april 2015 in zake S.B. tegen C.R. en R.B en in zake S.B, H.D. en R.B. met C.R. als vrijwillig tussenkomende partij, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 330 § 1 lid 4 B.W. de artikelen 10, 11 en 22 van ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 6. Mai 2015 in Sachen K.F. gegen P.P. und D.H., dessen Ausfertigung am 18. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 318 des Zivilgesetzbuches dadurch, dass er bestimmt, dass die Klage desjenigen, der die Vater ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 6 mei 2015 in zake K.F. tegen P.P. en D.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 318 van het Burgerlijk Wetboek, in zoverre het bepaalt dat de vordering van de man die het vaderschap van het kind ope ...[+++]


Artikel 14 des Internierungsgesetzes 2014 regelt die Rechtsmittel, die gegen eine Entscheidung zur Internierung eingelegt werden können; es kann sowohl Einspruch als auch Berufung gegen die Entscheidung der Ratskammer oder die Anklagekammer eingereicht werden.

Artikel 14 van de Interneringswet 2014 regelt de rechtsmiddelen die ingesteld kunnen worden tegen een beslissing tot internering; zowel verzet als hoger beroep kan worden ingesteld tegen de beslissing van de raadkamer of de kamer van inbeschuldigingstelling.


In den Vorarbeiten wurde die Verlängerung der Beschwerdefrist wie folgt begründet: « Gemäß dem früheren Steuerverfahren mussten die Beschwerden spätestens am dreißigsten April des Jahres nach demjenigen, in dem die Steuer festgelegt worden war, eingereicht werden, ohne dass diese Frist kürzer als sechs Monate ab dem Datum des Steuerbescheids sein durfte.

In de parlementaire voorbereiding is de verlenging van de bezwaartermijn als volgt verantwoord : « Onder het stelsel van de oude fiscale procedure moesten de bezwaarschriften worden voorgelegd uiterlijk de dertigste april van het jaar dat volgt op dat waarin de belasting was gevestigd zonder dat deze termijn korter mocht zijn dan zes maanden vanaf de datum van het aanslagbiljet.


w