In seinem Schriftsatz führt der Ministerrat diesbezüglich an, die Anwendung von Artikel 449 des EStGB 1992 erfordere eine besondere Absicht, während die auf dem Verwaltungswege auf der Grundlage von Artikel 445 desselben Gesetzbuches geahndete Gesetzesübertretung selbst dann vorliege, wenn der Verstoss gegen die durch das besagte Gesetzbuch auferlegten Verpflichtungen gutgläubig begangen worden sei.
In zijn memorie merkt de Ministerraad in dat verband op dat de toepassing van artikel 449 van het WIB 1992 een bijzonder opzet vereist, terwijl de inbreuk die administratief wordt bestraft op grond van artikel 445 van hetzelfde Wetboek zelfs bestaat indien de niet-naleving van het bij dat Wetboek opgelegde verplichtingen te goeder trouw gebeurde.