(1) Die Mitglieder der Beschwerdekammern einschließlich ihrer Vorsitzenden werden nach den in Artikel 120 für die Ernennung des Präsidenten des Amtes vorgesehenen Verfahren für einen Zeitraum von fünf Jahren ernannt.
1. De leden van de kamers van beroep, met inbegrip van de voorzitters worden overeenkomstig de in artikel 120 genoemde procedure voor de benoeming van de voorzitter van het Bureau, benoemd voor een periode van vijf jaar.