Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «führt in seinem ersten klagegrund ebenfalls » (Allemand → Néerlandais) :

Die klagende Partei in der Rechtssache Nr. 6053 führt in einem ersten Klagegrund an, dass die angefochtene Bestimmung zu einem Behandlungsunterschied führe, der im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung sowie zu Artikel 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention stehe.

De verzoekende partij in de zaak nr. 6053 voert in een eerste middel aan dat de bestreden bepaling een verschil in behandeling teweegbrengt dat strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, alsook met artikel 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.


Im ersten Teil des ersten Klagegrunds führt die klagende Partei an, dass gegen den Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung verstoßen werde, da die Abschaffung der Diplombonifikation zu einer identischen Behandlung von endgültig ernannten Beamten aus dem öffentlichen Sektor und vertraglichen Arbeitnehmern aus dem Privatsektor führe, während es sich ihrer Auffassung nach um deutlich unterschiedliche Kategorien von Personen handele, die sowohl in finanzieller Hinsicht als auch in andere ...[+++]

In het eerste onderdeel van het eerste middel betoogt de verzoekende partij dat het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie wordt geschonden doordat het afschaffen van de diplomabonificatie leidt tot een identieke behandeling van vastbenoemde ambtenaren uit de overheidssector en contractuele werknemers uit de privésector, terwijl het volgens haar gaat om duidelijk onderscheiden categorieën van personen, die zowel geldelijk als op andere vlakken aan wezenlijk verschillende regelingen zijn onderworp ...[+++]


Im zweiten Teil des ersten Klagegrunds in der Rechtssache Nr. 6261 führt die klagende Partei an, dass die Artikel 2, 3 und 6 des angefochtenen Gesetzes gegen den Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung verstießen, da die schrittweise Abschaffung der Diplombonifikation die jüngeren Beamten gegenüber den älteren Beamten benachteilige, da nur die Beamten, die vor dem 1. Januar 2030 in Pension gingen, noch in den Vorteil irgendeiner Diplombonifikation gelangen könnten.

In het tweede onderdeel van het eerste middel in de zaak nr. 6261 voert de verzoekende partij aan dat de artikelen 2, 3 en 6 van de bestreden wet het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie schenden doordat de geleidelijke afschaffing van de diplomabonificatie de jongere ambtenaren benadeelt ten opzichte van de oudere ambtenaren, aangezien alleen de ambtenaren die vóór 1 januari 2030 op pensioen gaan, nog enige diplomabonificatie kunnen genieten.


Im ersten Klagegrund in der Rechtssache Nr. 6279 führt die klagende Partei an, dass die Artikel 2, 3, 6 und 7 des angefochtenen Gesetzes gegen den Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung verstießen, da sie die bestehende Diskriminierung zwischen Männern und Frauen hinsichtlich der tatsächlichen Dauer der Pension verstärkten.

In het eerste middel in de zaak nr. 6279 voert de verzoekende partij aan dat de artikelen 2, 3, 6 en 7 van de bestreden wet het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie schenden doordat zij de bestaande discriminatie tussen mannen en vrouwen inzake de werkelijke duur van het pensioen nog versterken.


Im dritten Teil des ersten Klagegrunds in der Rechtssache Nr. 5825 fechten die klagenden Parteien ebenfalls diesen gewöhnlichen Satz an, durch den das Eingreifen eines Rechtsanwalts einem Luxusprodukt gleichgestellt werde, obwohl das Recht auf den Beistand durch einen Rechtsanwalt ein Grundrecht sei, genauso wie das Recht auf Gesundheitspflege.

In het eerste middel, derde onderdeel ervan, in de zaak nr. 5825 betwisten de verzoekende partijen eveneens dat gewone tarief, dat het optreden van een advocaat gelijkschakelt met een luxegoed, terwijl het recht op de bijstand van een advocaat een basisrecht is, net zoals het recht op gezondheidszorg.


Im ersten Klagegrund führen die klagenden Parteien ebenfalls an, dass der in Artikel 44/5 § 1 Absatz 1 Nr. 6 und § 3 Nrn. 1 und 2 des Gesetzes über das Polizeiamt verwendete Begriff « Verdächtige » unzureichend deutlich sei.

In het eerste middel voeren de verzoekende partijen eveneens aan dat de in artikel 44/5, § 1, eerste lid, 6°, en § 3, 1° en 2°, van de wet op het politieambt gebruikte term « verdachten » onvoldoende duidelijk is.


Im ersten Klagegrund führen die klagenden Parteien an, dass diese ungleiche Behandlung der öffentlichen und privaten Marktteilnehmer im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung stehe (erster Teil) und dass sie eine Marktstörung bewirke, sodass ebenfalls gegen Artikel 23 Absatz 3 Nr. 1 der Verfassung in Verbindung mit den Artikeln 102 und 106 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union ...[+++]

In het eerste middel voeren de verzoekende partijen aan dat die ongelijke behandeling van de publieke en particuliere marktdeelnemers strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet (eerste onderdeel) en dat ze marktverstorend werkt, waardoor eveneens artikel 23, derde lid, 1°, van de Grondwet, gelezen in samenhang met de artikelen 102 en 106 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt geschonden (tweede onderdeel).


Es wäre übertrieben formalistisch, den ersten Klagegrund für unzulässig zu erklären, insofern er sich auf Artikel 162 der Verfassung bezieht, nur weil diese Verfassungsbestimmung direkt geltend gemacht wird und nicht in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, während der Klagegrund sich ebenfalls auf diese beiden Artikel bezieht.

Het zou overdreven formalistisch zijn het eerste middel niet ontvankelijk te verklaren in zoverre het betrekking heeft op artikel 162 van de Grondwet om de enige reden dat die grondwetsbepaling rechtstreeks is aangevoerd en niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, terwijl die twee laatste artikelen eveneens door het middel worden beoogd.


Aus der Darlegung des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit mit den Artikeln 10, 11 und 24 § 4 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Artikel 2 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, von Artikel 96 § 1 Absatz 1 Nr. 1 des Dekrets vom 7. November 2013, ersetzt durch Artikel 43 des Dekrets vom 25. Juni 2015, zu befinden, insofern durch diese Bestimmung, indem dadurch jede Hochschuleinrich ...[+++]

Uit de uiteenzettingen van het middel blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid met de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 2 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 96, § 1, eerste lid, 1°, van het decreet van 7 november 2013, zoals het is vervangen bij artikel 43 van het decreet van 25 juni 2015, in zoverre die bepaling, door elke instelling voor hoger onderwijs ertoe te verplichten de inschrijving te weigeren van een student die, tijdens een van de vijf academiejaren die voora ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 6. Mai 2015 in Sachen K.F. gegen P.P. und D.H., dessen Ausfertigung am 18. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verst ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 6 mei 2015 in zake K.F. tegen P.P. en D.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 318 van het Burgerlijk Wetboek, in zoverre het bepaalt dat de vordering van de man die het vaderscha ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'führt in seinem ersten klagegrund ebenfalls' ->

Date index: 2025-02-28
w