(1) Die Freistellung im Sinne von Artikel 1 Buchstabe c) gilt für Vereinbarungen, welche die Bildung und die Tätigkeit von Gemeinschaften von Versicherungsunternehmen oder von Versicherungsunternehmen und Rückversicherungsunternehmen mit dem Ziel der gemeinsamen Abdeckung bestimmter Risikosparten, sei es in der Form einer Mitversicherungs- oder der einer Mit-Rückversicherungsgemeinschaft, zum Gegenstand haben.
1. De in artkel 1, onder c), bedoelde vrijstelling is van toepassing op de overeenkomsten die de vorming en het functioneren van groepen van verzekeringsondernemingen of groepen van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen tot doel hebben voor de gemeenschappelijke dekking van een bepaalde categorie risico's in de vorm van medeverzekering of medeherverzekering.