Eine Einmischung in das Recht der anerkannten Kulte, ihre Arbeitsweise autonom zu regeln, kann nämli
ch mit der Religionsfreiheit und der Freiheit der Kulte zu vereinbaren sein, unter der Bedingung, dass die
Maßnahme Gegenstand einer ausreichend zugänglichen und präzisen Regelung ist, einem rechtmäßigen Zweck dient und in einer demokratischen Gesellschaft notwendig ist, was beinhaltet, dass die Einmischung « einem zwingenden gesellschaftlichen Bedarf » entspricht und dass e
...[+++]in vernünftiger Zusammenhang der Verhältnismäßigkeit zwischen der rechtmäßigen Zielsetzung einerseits und der Einschränkung dieser Freiheiten andererseits besteht. E
en inmenging in het recht van de erkende erediensten om hun werking autonoom te regelen, kan
immers verenigbaar zijn met de vrijheid van godsdienst en met de vrijheid van eredienst, op voorwaarde dat de maatregel het voorwerp uitmaakt van een voldoende toegankelijke en precieze regeling, een wettig doel nastreeft en nodig is in een democratische samenleving, hetgeen inhoudt dat de inmenging moet beantwoorden aan « een dwingende maatschappelijke behoefte » en dat een redelijk verband van evenredigheid moet bestaan tussen het nagestree
...[+++]fde wettige doel, enerzijds, en de beperking van die vrijheden, anderzijds.