Traduction de «frau präsidentin diese debatte hatte » (Allemand → Néerlandais) :

– (FR) Frau Präsidentin! Diese Debatte hatte einen schlechten Start mit den Guten, den Atomenergiegegnern, auf der einen Seite und den Bösen, die die Kernenergie noch immer befürworten, auf der anderen Seite.
– (FR) Mevrouw de Voorzitter, dit debat is slecht begonnen, met aan de ene kant de goeden, de tegenstanders van kernenergie, en aan de andere kant de slechten, degenen die nog steeds voorstander zijn van kernenergie.

– (PT) Frau Präsidentin! Diese Debatte, die wir hier führen, drückt sich vor den wichtigsten Themen.
- (PT) Mevrouw de Voorzitter, we houden hier een debat waarbij de essentiële zaken uit de weg worden gegaan, namelijk de ernstige problemen van het internationale kapitalisme.

– (RO) Frau Präsidentin, diese Debatte findet zu einer kritischen Zeit für die Zukunft der Europäischen Nachbarschaftspolitik statt.
- (RO) Mevrouw de Voorzitter, dit debat vindt plaats op een kritiek moment voor de toekomst van het Europese nabuurschapsbeleid.

– (PL) Frau Präsidentin! Diese Debatte hat gezeigt, dass Montenegro immer besser auf den Beitritt zu den Strukturen der Europäischen Union vorbereitet ist.
- (PL) Mevrouw de Voorzitter, dit debat heeft aangetoond dat Montenegro steeds beter voorbereid is om toe te treden tot de structuren van de Europese Unie.

– Frau Präsidentin, diese Debatte katalysiert in gewisser Weise mehrere Jahre Bemühungen vieler Abgeordneter, die hier anwesend sind, sowie anderer, es zu versuchen und die Aufmerksamkeit auf das wahre China zu richten.
– (EN) Mevrouw de Voorzitter, dit debat katalyseert in zekere zin de inspanningen die vele hier aanwezige leden van dit Parlement, en anderen, jarenlang hebben ondernomen om de aandacht te vestigen op het echte China.

Die Vorabentscheidungsfrage bezieht sich auf einen Fall, in dem die Mutter eines Kindes die Adoption dieses Kindes durch eine Frau verweigert, mit der die Mutter zum Zeitpunkt der Geburt des Kindes und dem Einreichen des Adoptionsantrags verheiratet war, die mit ihr eine Vereinbarung gemäss Artikel 7 des Gesetzes vom 6. Juni 2007 « über die medizinisch assistierte Fortpflanzung und die Bestimmung der überzähligen Embryonen und Gameten » unterzeichnet hatte und die die in Artikel 346-2 des Zivilgesetzbuches vorgesehene Vorbereitung auf die Adoption absolviert hat, wobei diese Adoption ein Kind betrifft, bei dem erwiesen ist, dass seit der Trennung der Ehepartnerinnen ein tatsächliches Verwandtschaftsverhältnis besteht und bestehen bleibt.
De prejudiciële vraag heeft betrekking op het geval van de weigering, door de moeder van een kind, van de adoptie van dat kind door een vrouw met wie de moeder gehuwd was op het ogenblik van de geboorte van het kind en van de indiening van het verzoek tot adoptie, die met haar een overeenkomst had ondertekend conform artikel 7 van de wet van 6 juli 2007 « betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtallige embryo's en de gameten », en die de in artikel 346-2 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde voorbereiding op de adoptie heeft gevolgd, waarbij die adoptie een kind betreft van wie vaststaat dat er sinds de scheiding van de echtgenotes een daadwerkelijke familiale band bestaat en blijft bestaan.

Der Ausschuss weist ebenfalls darauf hin, dass laut der Umweltverträglichkeitsprüfung der CEDIA 2006 eine leichte Tonkomponente zu 63 Hz in der Nähe des Hauses von Frau WIDART festgestellt hatte, dass aber diese gemäss dem Erlass von Juli 2002 nicht berücksichtigt werden muss, da diese Tonkomponente kein Auftreten von 15 dB im Verhältnis mit dem globalen Wert in dB(A) erreicht.
De Commissie wijst er ook op dat het effectonderzoek vermeldt dat CEDIA in 2006 een lichte tonale component van 63 Hz in de richting van het huis van mevrouw WIDART had vastgesteld, maar dat deze component volgens het besluit van juli 2002 niet in aanmerking moet worden genomen, daar deze tonale component geen overschrijding van 15 dB bereikt t.o.v. de globale waarde in dB(A).

Der Europäische Rat von Göteborg hatte die Mitgliedstaaten aufgefordert, diese Debatte fortzusetzen, die mit der Erklärung von Nizza eingeleitet worden war im Hinblick auf die Vorbereitung der kommenden institutionellen Reformen.
De Europese Raad van Göteborg heeft de lidstaten daarna verzocht om dit debat voort te zetten, dat door de verklaring van Nice is geïnitieerd om de komende institutionele hervormingen beter voor te bereiden.

Die Wahl fiel dieses Mal auf Frau RANGONI MACHIAVELLI, weil sie sich im Laufe ihrer politischen Karriere in ihrer Heimat, in Europa und auf internationaler Ebene stets an vorderster Front für bessere Lebensverhältnisse der Frauen und für die Menschen- und Bürgerrechte einsetzte und nun als Präsidentin des Europäischen Wirtschafts- und Sozialausschusses das Ansehen dieser Institution als Forum für den Dialog zwischen den Gruppen der Bürgergesellschaft und den Europäischen Institutionen wirksam gestärkt hat.
Beatrice RANGONI MACHIAVELLI ontvangt deze prijs wegens haar inspanningen voor de verbetering van de positie van vrouwen. Net als bij de strijd voor de mensenrechten is zij hiervoor altijd op de bres gesprongen, op nationaal, Europees en internationaal niveau, gedurende haar hele politieke carrière en tegenwoordig als voorzitter van het Europese Economisch en Sociaal Comité, waarvan zij de rol als institutioneel forum voor de dialoog tussen alle deelnemers van de civil society en de Europese instellingen op doeltreffende wijze heeft weten te versterken.

Die Regierungen der Mitgliedstaaten und die Europäische Kommission waren wie folgt vertreten: Belgien Frau Miet SMET Ministerin der Beschäftigung und der Arbeit Dänemark Herr Henning OLESEN Staatssekretär für Arbeit Deutschland Frau Claudia NOLTE Bundesministerin für Familie, Senioren, Frauen und Jugend Herr Horst GÜNTHER Parlamentarischer Staatssekretär beim Bundesminister für Arbeit und Sozialordnung Griechenland Herr Stephanos TZOUMAKAS Minister für Arbeit und soziale Sicherheit Spanien Herr José Antonio GRIÑAN Minister für Arbeit und soziale Sicherheit Frankreich Herr Pierre SELLAL Stellvertreter des Ständigen Vertreters Irland Frau Eithne FITZGERALD Staatsministerin im Ministerium für Unternehmen und Beschäftigung, mit besonderer Zuständigkeit für Arbeitsmarktfragen Italien Herr Tiziano TREU Minister für Arbeit und Sozialfragen Frau Matilda GRASSI Staatssekretärin im Ministerium für Arbeit und Sozialfragen Luxemburg Herr Jean-Claude JUNCKER Premierminister, Minister der Finanzen, Minister für Arbeit und Beschäftigung Frau Mady DELVAUX-STEHRES Ministerin für soziale Sicherheit Niederlande Herr Ad MELKERT Minister für soziale und Arbeitsmarktfragen Österreich Herr Franz HUMS Bundesminister für Arbeit und Soziales Portugal Herr Eduardo FERRO RODRIGUES Minister für Solidarität und soziale Sicherheit Frau Maria João RODRIGUES Ministerin für Beschäftigung Herr Antonio MONTEIRO FERNANDES Staatssekretär für Arbeit Finnland Herr Pretti SORSA Staatssekretär im Ministerium für Arbeit Schweden Herr Anders SUNDSTRÖM Minister für Arbeit Frau Marita ULVSKOG Ministerin für öffentliche Verwaltung Frau Ann-Christin TAUBERMAN Staatssekretärin für Gesundheit und soziale Angelegenheiten Herr Tommy OHLSTRÖM Staatssekretär für Arbeit Vereinigtes Königreich Herr Eric FORTH Staatsminister, Ministerium für Bildung Kommission Herr Padraig FLYNN Mitglied BESCHÄFTIGUNG - Öffentliche Aussprache über die Beschäftigungspolitik Der Rat hatte eine öffentliche Aussprache über die Beschäftigungsp ...
De Regeringen van de Lid-Staten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd : België : mevrouw Miet SMET Minister van Tewerkstelling en Arbeid Denemarken : de heer Henning OLESEN Staatssecretaris van Arbeid Duitsland : mevrouw Claudia NOLTE Minister van Gezins-, Vrouwen en Jeugdzaken en Bejaardenzorg de heer Horst GÜNTHER Parlementair Staatssecretaris van Arbeid en Sociale Zaken Griekenland : de heer Stephanos TZOUMAKAS Minister van Arbeid en Sociale Zekerheid Spanje : de heer José Antonio GRIÑAN Minister van Arbeid en Sociale Zekerheid Frankrijk : de heer Pierre SELLAL Plaatsvervangend Permanent Vertegen- woordiger Ierland : mevrouw Eithne FITZGERALD Onderminister van Ondernemingszaken en Werkgelegenheid, speciaal belast met Arbeidszaken Italië : de heer Tiziano TREU Minister van Arbeid en Sociale Voorzieningen mevrouw Matilda GRASSI Staatssecretaris van Arbeid en Sociale Voorzieningen Luxemburg : de heer Jean-Claude JUNCKER Minister-President, Minister van Financiën, Arbeid en Werkgelegenheid mevrouw Mady DELVAUX-STEHRES Minister van Sociale Zekerheid Nederland : de heer Ad MELKERT Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Oostenrijk : de heer Franz HUMS Minister van Arbeid en Sociale Zaken Portugal : de heer Eduardo FERRO RODRIGUES Minister van Solidariteit en Sociale Zekerheid mevrouw Maria João RODRIGUES Minister van Werkgelegenheid de heer Antonio MONTEIRO FERNANDES Staatssecretaris van Arbeid Finland : de heer Pretti SORSA Staatssecretaris van Arbeid Zweden : de heer Anders SUNDSTRÖM Minister van Werkgelegenheid mevrouw Marita ULVSKOG Minister van Ambtenarenzaken mevrouw Ann-Christin TAUBERMAN Staatssecretaris van Volksgezondheid en Sociale Zaken de heer Tommy OHLSTRÖM Staatssecretaris van Werkgelegenheid Verenigd Koninkrijk : de heer Eric FORTH Onderminister van Onderwijs Commissie : de heer Padraig FLYNN Lid WERKGELEGENHEID - Openbaar debat over het werkgelegenheidsbeleid De Raad hield een openbaar debat over het werkgelegenheidsbeleid, wa ...