Der Berufungskläger vor dem verweisenden Rechtsprechungsorgan ist der Ansicht, dass Artikel 1733 des Zivilgesetzbuches allein oder in Verbindung mit Artikel 1732 dieses Gesetzbuches im Widerspruch stehe zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung und dass eine Diskriminierung nicht nur hinsichtlich der Mieter, sondern auch hinsichtlich anderer Kategorien von Personen, wie z.B. Verwahrern, Entleihern und Inhabern eines Nutzungs- oder Wohnrechts, vorliege.
De appellant voor het verwijzende rechtscollege is van oordeel dat artikel 1733 van het Burgerlijk Wetboek, al dan niet samen met artikel 1732 ervan, in strijd is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, en dat er een discriminatie is niet alleen ten aanzien van de huurders, maar ook ten opzichte van andere categorieën van personen zoals bewaarnemers, ontleners en houders van een recht van gebruik of bewoning.