Die Klagen sind folglich nur zulässig, insofern sie sich auf die Artikel 67, 138, 139, 141, 142 und 161 des Dekrets vom 31. März 2004 beziehen; im Ubrigen sind sie wegen mangelnden Interesses unzulässig.
De beroepen zijn derhalve alleen ontvankelijk in zoverre ze zijn gericht tegen de artikelen 67, 138, 139, 141, 142 en 161 van het decreet van 31 maart 2004; voor het overige zijn ze onontvankelijk bij ontstentenis van belang.