Der zuständige Anweisungsbefugte kann die Feststellung treffen, dass die gewöhnlichen Kostenrechnungspraktiken des Empfängers mit den in Absatz 2 aufgeführten Bedingungen übereinstimmen, wenn sie von den nationalen Behörden im Rahmen vergleichbarer Finanzierungssysteme anerkannt werden.
De bevoegde ordonnateur mag ervan uitgaan dat de gebruikelijke kostenberekeningsmethoden van de begunstigde met de in lid 2 vastgestelde voorwaarden overeenstemmen als deze door de nationale autoriteiten onder gelijkaardige financieringsstelsels aanvaard zijn.