Traduction de «familiären oder privaten » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Körperschaft oder sonstige Einrichtung des privaten Rechts
privaatrechtelijk orgaan of lichaam

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

(2) Für die Zwecke des Absatzes 1 besteht ein Interessenkonflikt, wenn ein Finanzakteur oder eine sonstige Person nach Absatz 1 aus Gründen der familiären oder privaten Verbundenheit, der politischen Übereinstimmung oder der nationalen Zugehörigkeit, des wirtschaftlichen Interesses oder aus anderen Gründen, die auf einer Gemeinsamkeit der Interessen mit dem Begünstigten beruhen, seine Aufgaben nicht unparteiisch und objektiv wahrnehmen kann.
2. Voor de toepassing van lid 1 doet een belangenconflict zich voor wanneer de onpartijdige en objectieve uitoefening van de functies van de in lid 1 bedoelde financiële actor of andere persoon in gevaar wordt gebracht als gevolg van familiebanden, vriendschap, politieke gezindheid of nationaliteit, economische belangen of elke andere eventuele belangengemeenschap met de ontvanger.

(2) Für die Zwecke des Absatzes 1 besteht ein Interessenkonflikt, wenn ein Finanzakteur oder eine sonstige Person nach Absatz 1 aus Gründen der familiären oder privaten Verbundenheit, der politischen Übereinstimmung oder der nationalen Zugehörigkeit, des wirtschaftlichen Interesses oder aus anderen Gründen, die auf einer Gemeinsamkeit der Interessen mit dem Begünstigten beruhen, seine bzw. ihre Aufgaben nicht unparteiisch und objektiv wahrnehmen kann.
2. Voor de toepassing van lid 1 doet een belangenconflict zich voor wanneer de onpartijdige en objectieve uitoefening van de functies van de in lid 1 bedoelde financiële actor of andere persoon in gevaar wordt gebracht als gevolg van familiebanden, vriendschap, politieke gezindheid of nationaliteit, economische belangen of elke andere eventuele belangengemeenschap met de ontvanger.

2. Ein Interessenkonflikt besteht, wenn ein Finanzakteur oder eine sonstige Person nach Absatz 1 aus Gründen der familiären oder privaten Verbundenheit, der politischen Übereinstimmung oder der nationalen Zugehörigkeit, des wirtschaftlichen Interesses oder aus anderen Gründen, die auf einer Gemeinsamkeit der Interessen mit dem Begünstigten beruhen, seine bzw. ihre Aufgaben nicht unparteiisch und objektiv wahrnehmen kann oder wenn dies in der Öffentlichkeit so wahrgenommen werden könnte .
2. Een belangenconflict doet zich voor wanneer de onpartijdige en objectieve uitoefening van de functies van de in lid 1 bedoelde financiële actor of andere persoon in gevaar wordt gebracht of in de ogen van het publiek als zodanig kan worden beschouwd als gevolg van familiebanden, vriendschap, politieke gezindheid of nationaliteit, economische belangen of elke andere eventuele belangengemeenschap met de begunstigde.

2. Ein Interessenkonflikt besteht, wenn ein Finanzakteur oder eine sonstige Person nach Absatz 1 aus Gründen der familiären oder privaten Verbundenheit, der politischen Übereinstimmung oder der nationalen Zugehörigkeit, des wirtschaftlichen Interesses oder aus anderen Gründen, die auf einer Gemeinsamkeit der Interessen mit dem Begünstigten beruhen, seine bzw. ihre Aufgaben nicht unparteiisch und objektiv wahrnehmen kann.
2. Een belangenconflict doet zich voor wanneer de onpartijdige en objectieve uitoefening van de functies van de in lid 1 bedoelde financiële actor of andere persoon in gevaar wordt gebracht als gevolg van familiebanden, vriendschap, politieke gezindheid of nationaliteit, economische belangen of elke andere eventuele belangengemeenschap met de begunstigde.

24. unterstreicht, dass der Grundsatz der Gleichberechtigung zwischen Männern und Frauen in allen politischen Bereichen, insbesondere in den Bereichen Zugang zur Beschäftigung, Arbeitsentgelt, Beförderung und Berufsausbildung, Bildung und Mitbestimmung in den Beschlussorganen, einschließlich den politischen, angewandt werden muss sowie Politiken gefördert werden müssen, die es ermöglichen, die Berufstätigkeit mit den familiären Pflichten zu vereinbaren, um somit eine Beschäftigungsstrategie verwirklichen zu können, bei der es keine Diskriminierung aufgrund des Geschlechts gibt, wozu auch eine Palette von (öffentlichen oder privaten) Maßnahmen gehört, die es in der Praxis erleichtern, Beruf und Familie miteinander zu vereinbaren, insbesondere bei Familien mit Kindern;
24. benadrukt het belang van de naleving van het beginsel van gelijke kansen tussen mannen en vrouwen op alle beleidsterreinen, met name waar het gaat om de toegang tot het beroep, salarissen, promotie en beroepsopleiding, onderwijs en participatie in de besluitvormingsorganen, ook in de politiek; is van mening dat beleid moet worden bevorderd dat het mogelijk maakt beroepswerkzaamheden te combineren met gezinsverplichtingen om een werkgelegenheidsstrategie ten uitvoer te leggen in het kader waarvan niet op grond van geslacht wordt gediscrimineerd en waartoe ook een reeks (openbare of particuliere) initiatieven behoort die de integratie van het beroeps- en gezinsleven in de praktijk vergemakkelijken, vooral voor gezinnen met kinderen;

35. nimmt die ermutigenden Initiativen der Mitgliedstaaten zur Vereinbarkeit von Arbeits- und Familienleben zur Kenntnis, hält die Fortschritte jedoch nach wie vor für begrenzt; unterstützt deshalb die Aufforderung der Kommission an die Mitgliedstaaten und die Sozialpartner, sich für die Schaffung familienfreundlicher Arbeitsbedingungen einzusetzen; weist in diesem Zusammenhang darauf hin, dass die Mitgliedstaaten quantitative Ziele für die Verbesserung der Betreuungsmöglichkeiten für Kinder und andere abhängige Personen festlegen und spezifische nationale Zielvorgaben definieren müssen, um innerhalb der nächsten fünf Jahre das Durchschnittsniveau von drei Mitgliedstaaten mit den besten Leistungen in diesem Sektor zu erreichen; um eine gerechte Aufteilung der familiären Verpflichtungen zu ermöglichen, muss mehr Gewicht auf eine familienfreundliche Arbeitsorganisation gelegt werden, indem - auch auf lokaler Ebene - man sich für flexible Arbeitszeitregelungen, für die Verstärkung und Neuorganisation- auch bei den Öffnungszeiten - der staatlichen und privaten Dienste, für Elternurlaub und die Wiedereingliederung in den Arbeitsmarkt nach einer Berufspause einsetzt; fordert die Mitgliedstaaten in diesem Zusammenhang auf, zu gewährleisten, dass Eltern - Frauen und Männer - nicht benachteiligt werden, wenn sie versuchen, Berufstätigkeit und Familienleben zu verbinden, oder wenn sie ihr Recht auf Elternurlaub in Anspruch nehmen;
35. neemt nota van de bemoedigende initiatieven van de lidstaten om de combinatie van werk en gezinsleven mogelijk te maken, maar is van oordeel dat er nog maar weinig vooruitgang is geboekt; steunt derhalve de oproep van de Commissie aan de lidstaten en de sociale partners om een gezinsvriendelijke werkomgeving te bevorderen; wijst met het oog hierop op de noodzaak voor de lidstaten om kwantitatieve streefdoelen vast te stellen voor de uitbreiding van de voorzieningen voor de opvang van kinderen en andere afhankelijke personen door specifieke nationale streefdoelen vast te stellen om binnen vijf jaar het gemiddelde niveau te bereiken van de drie lidstaten die op dit gebied het best presteren; teneinde een eerlijke verdeling van de verantwoordelijkheden voor het gezin mogelijk te maken, moet er meer worden gestreefd naar gezinsvriendelijke werkomgevingen door ook op lokaal niveau aan te dringen op flexibele werktijden, op uitbreiding en reorganisatie, ook ten aanzien van de dienstregeling, van openbare en particuliere diensten, op ouderschapsverlofregelingen en reïntegratie op de arbeidsmarkt na een werkonderbreking; doet in dit verband een beroep op de lidstaten om ervoor te zorgen dat ouders - vrouwen en mannen - geen nadelen ondervinden als zij proberen werk en gezinsleven samen te laten gaan of wanneer zij hun recht op ouderschapsverlof uitoefenen;

34. nimmt die ermutigenden Initiativen der Mitgliedstaaten zur Vereinbarkeit von Arbeits- und Familienleben zur Kenntnis, hält die Fortschritte jedoch nach wie vor für begrenzt; unterstützt deshalb die Aufforderung der Kommission an die Mitgliedstaaten und die Sozialpartner, sich für die Schaffung familienfreundlicher Arbeitsbedingungen einzusetzen; weist in diesem Zusammenhang darauf hin, dass die Mitgliedstaaten quantitative Ziele für die Verbesserung der Betreuungsmöglichkeiten für Kinder und andere abhängige Personen festlegen und spezifische nationale Zielvorgaben definieren müssen, um innerhalb der nächsten fünf Jahre das Durchschnittsniveau von drei Mitgliedstaaten mit den besten Leistungen in diesem Sektor zu erreichen; um eine gerechte Aufteilung der familiären Verpflichtungen zu ermöglichen, muss mehr Gewicht auf eine familienfreundliche Arbeitsorganisation gelegt werden, indem – auch auf lokaler Ebene – man sich für flexible Arbeitszeitregelungen, für die Verstärkung und Neuorganisation– auch bei den Öffnungszeiten – der staatlichen und privaten Dienste, für Elternurlaub und die Wiedereingliederung in den Arbeitsmarkt nach einer Berufspause einsetzt; fordert die Mitgliedstaaten in diesem Zusammenhang auf, zu gewährleisten, dass Eltern – Frauen und Männer – nicht benachteiligt werden, wenn sie versuchen, Berufstätigkeit und Familienleben zu verbinden, oder wenn sie ihr Recht auf Elternurlaub in Anspruch nehmen;
34. neemt nota van de bemoedigende initiatieven van de lidstaten om de combinatie van werk en gezinsleven mogelijk te maken, maar is van oordeel dat er nog maar weinig vooruitgang is geboekt; steunt derhalve de oproep van de Commissie aan de lidstaten en de sociale partners om een gezinsvriendelijke werkomgeving te bevorderen; wijst met het oog hierop op de noodzaak voor de lidstaten om kwantitatieve streefdoelen vast te stellen voor de uitbreiding van de voorzieningen voor de opvang van kinderen en andere afhankelijke personen door specifieke nationale streefdoelen vast te stellen om binnen vijf jaar het gemiddelde niveau te bereiken van de drie lidstaten die op dit gebied het best presteren; teneinde een eerlijke verdeling van de verantwoordelijkheden voor het gezin mogelijk te maken, moet er meer worden gestreefd naar gezinsvriendelijke werkomgevingen door ook op lokaal niveau aan te dringen op flexibele werktijden, op uitbreiding en reorganisatie, ook ten aanzien van de dienstregeling, van openbare en particuliere diensten, op ouderschapsverlofregelingen en reïntegratie op de arbeidsmarkt na een werkonderbreking; doet in dit verband een beroep op de lidstaten om ervoor te zorgen dat ouders - vrouwen en mannen - geen nadelen ondervinden als zij proberen werk en gezinsleven samen te laten gaan of wanneer zij hun recht op ouderschapsverlof uitoefenen;